Tijdens de bouw van het gemaal is de voortgang van de bouw in verschillende rapportages vastgelegd. De hoofdopzichter van Provinciale Waterstaat, W. Anema, hield een dagboek bij en daarnaast maakte hij wekelijks een weekoverzicht. De hoofdingenieur van Provinciale Waterstaat, D.F. Wouda, maakte maandelijkse rapportages waarin kort de voortgang van de verschillende werken werd toegelicht.

Dagboek door opzichter W. Anema over de bouw van het gemaal. [2.]

Het dagboek is een handgeschreven boekwerk dat ingezien kan worden bij Tresoar in Leeuwarden. [2.] Bij het archiefonderzoek in 2012 uitgevoerd door BBA is ook dit archiefstuk geraadpleegd. In de rapportage naar aanleiding van dit archiefonderzoek is er een selectie van de relevante delen van het dagboek gemaakt en opgenomen in het eindrapport van het archiefonderzoek. [1.]. De tekst hiervan is met instemming van de auteur bewerkt tot deze wiki pagina's.

Het originele dagboek is ingescand. In de tekst zijn links opgenomen naar de scans van de originele pagina's. Vanwege de grote omvang van het dagboek is het voor deze wiki opgeknipt in kwartalen.




Bemaling van Frieslandsboezem.

Dagboek van bestek no 6.

Oktober 1916

 
Dagboek bladzijde 1.

Maandag 30 Oktober 1916

Aanwijzing van het bouwen van een stoomgemaal en bijbehoorende werken bij Lemmer s'middags om 1 uur, waarbij tegenwoordig Hoofdingenieur, Ingenieur en de opzichters R. Miedema, R. [Roelof? 12-07-1884, uit Zwolle?] Sollaart en W. Anema.
De staat van aanwijzing, welke werd voorgelezen, is de aannemers een afdruk gestuurd.

Op het terrein werd aangewezen de plaats van de gebouwen, het zanddepôt met steen, te wijziging in de grondberging genoemd in de staat van aanwijzing.

Op het terrein werden geen vragen van beteekenis gesteld.

Verder werd de aanwijzing gehouden in het hôtel v/d Hof, waar na het voorlezen van de staat van aanwijzing de volgende vragen werden gesteld.

1ste De in § 54 genoemde som van ƒ 3.000,– heeft de aannemer die werkelijk uit te geven?
Antw: Wordt aangegeven als een verrekeningpost.

2de Wat is de bedoeling van het binnenverfwerk?
Antw: Alles te behandelen als verfwerk, genoemd in § 43 van het bestek, behalve het kantoor.

3de Het te buigen betonijzer, welke trekvastheid moet het hebben?
Antw: De grootst mogelijke trekvasthed welke hiervoor is bepaald.

4de De uit de fundeering voortkomende grond, is die opgenomen in de hoeveelheid genoemd in § 8 van het bestek?
Antw: Ja.
Later bleek, dat deze hoeveelheid niet in het bestek is opgenomen, wat ook uit § 8 is te lezen. Voor de besteding is hiervan nog kennisgegeven aan de aannemers van het baggerwerk Boltjes en Krikke.

November 1916

 
Dagboek bladzijden 2 & 3.

Dinsdag 7 November 1916

Aanbesteding werd gehouden te Leeuwarden s'middags om 12 uur.

De volgende inschrijvingsbiljetten waren ingekomen:

Gebr. W. en H. Geveke te Gorredijk. ƒ 960.000,–

H.S. de Jong te Lemmer en L. Hoogkamp te Follega. ƒ 888.000,–

J.R. Vlaming te Schagen. ƒ 878.000,–

A.H. Huitsing te Winsum en J. Huitsing te Coevorden. ƒ 877.000,–

R. de Fries te Utrecht. ƒ 872.000,–

Firma Joh. Kraaij en Co. te Hillegom. ƒ 869.000,–

D Smit en W.A. van Luiten te Groningen. ƒ 865.000,–

J. Wajer en J. Schuurman te Amsterdam. en J. Verstolp te Gouderak en H. Laren te Gouda. ƒ 858.000,–

J. Schrale te Warns. ƒ 824.900,–

W. en H. Visser te Lemmer. ƒ 824.700,–

C.H. van Haarlem ten Vianen. ƒ 813.796,–

W. de Fries en S. de Jong te Lemmer. ƒ 796.800,–

Joh. en Jac. Broersma te Alkmaar. ƒ 764.400,–

Aannemers geworden de laagste inschrijvers Joh. en Jac. Broersma te Alkmaar.

Aannemers van het baggerwerk zijn geworden S. Krikke en Y. Dikkeboom te Oudehaske voor ƒ 0,60 per M³ zoowel buiten als binnen.

Dinsdag 14 November 1916

De aannemers Gebrs Broersma met Dikkerboom op het werk gehad.

Er werden enkele onderwerpen besproken betreffende de uitvoering van het baggerwerk.

De groote van de put zal later door Gebrs Broersma worden bepaald.

Afgesproken, de bovengrond komende uit de fundeeringsput, zoveel mogelijk te storten in de Teroelsterkolk.

Aanwijzing gegeven, betreffende het plaatsen van keeten.

Donderdag 16 November 1916

Begonnen met het maken van de kade, genoemd in § 13 van het bestek.

Verder met het maken van keeten, loodsen enz.

Maandag 20 November 1916

Hoofdingenieur op het werk geweest en afgesproken dat de aannemer de groote van de funderingput mag nemen tot voorkant beneden leem zeedijk, liggende 5,– M uit de binnentoon zeedijk. Hier wordt p.m. een talud aangebaggerd van 4 op 1 volgens het bestek.

Dinsdag 21 November 1916

Gebrs Broersma meegedeeld, dat door hun kan worden overgenomen volgens later overeen te komen eenheidsprijs de afkomende basalt achter de zeedijk. Volgens opmeting kan hiervan p.m. 1000 M² worden gezet en is er dan 20% afgetrokken voor afval en wat de bassalt dichter inelkaar wordt gezet.

Woensdag 22 November 1916

Aangevoerd één baggermachine, sleepboot en vier bakken. Verder een schip met steenkool voor de baggerwerken.

Donderdag 23 November 1916

De aannemers en leverancier meegedeeld, dat de damplanken geen smaller breedte mogen hebben dan 20 cM.

Vrijdag 24 November 1916

Met den uitvoerder van Gebrs Broersma (v/d Plas) en den uitvoerder van het baggerwerk de fundeeringsput uitgezet, waarvan eene schetsteekening gemaakt. De groote van deze put geheel aan de aannemers overgelaten. Broersma meegedeeld, dat voor iedere sluisdeur noodig is, 700 stuks verzinkte spijkers lang 12 cM.

Zaterdag 25 November 1916

Begonnen met het baggeren van de funderingsput. Aanwijzing gedaan voor storting van grond in de Teroelsterkolk. Van 20 tot en met 25 November was er aan het werk 2 grondwerkers, 3 arbeiders en 6 timmerlieden. Vanaf Woensdag nog 7 baggerlieden en 2 stokers.

 
Dagboek bladzijden 4 & 5.

Materialen welke aanleiding geven tot verzekering werd de gepasseerde week niet aangevoerd. De aangevoerde materialen betreft enkel het hout voor keeten, spoor met karren, hout voor mallen betonpalen, kruideelen, kruiwagens enz. Afgegeven weekrapport no 1.

Maandag 27 November 1916

De aannemers gewaarschuwd, wanneer zij plan hadden het heien van de damwanden aan de Gebrs Leemburg uit te besteden, hun vooral te waarschuwen, dat dit onder streng toezicht plaats heeft en nauwkeurig moet gebeuren. Hierop is door hun geantwoord, dat het niet de bedoeling was om de damwanden uit te besteden en dezen werden geplaats door twee vertrouwde heibazen en in daghuur. Heibazen, die bij hun geregeld in dienst waren.

Woensdag 29 November 1916

Naar Leeuwarden geweest en met den Hoofdingenieur afgesproken, dat de perkoenpalen genoemd in §   van het bestek ongeschild mogen worden verwerkt, wat de aannemers 30 November meegedeeld. Ook toestemming gegeven om gegalvaniseerde draad no 18 te gebruiken in plaats van gegloeide draad voor het betonwerk. Voor horizontale bewapeningen, zooals vloeren enz. de kruispunten om de andere aan elkaar te bevestigen. Voor verticale bewapening zoo noodig elk kruispunt.

Donderdag 30 November 1916

Aangevoerd 55 stuks dennen heipalen, waarvan goedgekeurd:
27 stuks lang 6,25 Meter en zwaar 26 x 16 cM. –
12 stuks lang 7,30 Meter en zwaar 26 x 16 cM. =
 1 stuks lang 6,00 Meter en zwaar 25 x 15 cM. ≡
Afgekeurd 15 stuks.

Den aannemer Jac. Broersma gewaarschuwd den leverancier te melden, dat de palen lang 7,30 zwaarder moeten worden geleverd en anders de grootste helft terug kregen.

De goedgekeurde palen op de kop allen gemerkt met het stempel F verder als volgt.

1736 stuks – palen bestemd voor machinegebouw met keersluis.
 576 stuks = palen bestemd voor ketelhuis en schoorsteen.

December 1916

Vrijdag 1 December 1916

Aangevoerd 29 stuks dennen fundeering palen, waarvan goedgekeurd:
12 stuks lang 6,25 Meter en zwaar 26 x 16 cM. –
10 stuks lang 7,30 Meter en zwaar 26 x 16 cM. =
 2 stuks lang 6,00 Meter en zwaar 25 x 15 cM. ≡
 5 stuks afgekeurd.

 59 stuks ≡ bijgebouw ventilators en blaasmachines.
 74 stuks Rookkanalen
218 stuks Bekledings- en grondkeerende muren en beschoeiingen.

Zaterdag 2 December 1916

Aangevoerd 34 stuks dennen fundeering palen, waarvan goedgekeurd:
15 stuks lang 6,25 Meter en zwaar 26 x 16 cM. –
 7 stuks lang 7,30 Meter en zwaar 26 x 16 cM. =
 4 stuks lang 6,00 Meter en zwaar 25 x 15 cM. ≡
 8 stuks afgekeurd.

Verder aangevoerd 150 KG bindijzer voor de betonpalen.

De aannemers nogmaals gewaarschuwd, dat het in hun eigenbelang is, om de kaden om het bouwterrein voortgang mee te maken.

Totaal deze week aangevoerd 591,20 M¹ dennen heimasten voor de fundeering.

Zie weekrapport no 2.

Maandag 4 December 1916

De aannemers bij den Hoofdingenieur geweest om verschillende te bespreken, waarvoor Zaterdag door den Hoofdingenieur verzocht te komen en aan de aannemers meegedeeld. Den uitvoerder toegestaan om de betonplaat geteekend onder de Directiekeet te laten vervallen, dit in overleg met Sollaart. Op de vraag van de aannemers of het bindijzer ook in het gewicht van het betonijzer wordt opgenomen, geantwoord dat ik dit met den Hoofdingenieur eerst zou overleggen, maar vermoedelijk niet. De teekening van de directiekeet en van de betonpalen afgegeven en het gewicht in overleg met Sollaart hierop gewijzigd.

Dinsdag 5 December 1916

 
Dagboek bladzijden 6 & 7.

Aangevoerd 42 stuks dennen fundeering palen, waarvan goedgekeurd:
26 stuks lang 6,25 Meter en zwaar 26 x 16 cM. –
10 stuks lang 7,30 Meter en zwaar 26 x 16 cM. =
 1 stuks lang 6,00 Meter en zwaar 25 x 15 cM. ≡
 4 stuks afgekeurd.

Toegestaan de bovengrond langs de Zeedijk op 2 M beneden Z. P. te baggeren aan de westkant van de fundeeringput tot 5,– M uit de binnenkant zeed en aan de oostkant tot 2½ M uit binnenkant zeed en tot die diepte stijl weg te baggeren.

Woensdag 6 December 1916

Aangevoerd 119 stuks dennen fundeering palen, waarvan goedgekeurd:
60 stuks lang 6,25 Meter en zwaar 26 x 16 cM. –
29 stuks lang 7,30 Meter en zwaar 26 x 16 cM. =
 7 stuks lang 6,00 Meter en zwaar 25 x 15 cM. ≡
 3 stuks lang 5,00 Meter en zwaar 25 x 16 cM. X
20 stuks afgekeurd.
Aangevoerd deze week 890,20 M¹. (zie weekrapport no 3)

Donderdag 7 December 1916

Op het terrein aangevoerd één baggermachine met nog 3 onderlossers.

Vrijdag 8 December 1916

Met de tweede baggermachine begonnen te baggeren, welke eerst is begonnen met het opruimen van zeedijkpalen, zittende aan de N.O. hoek van de fundeeringsput, vermoedelijk eene oude beschoeiing. Verder begonnen met kaden langs het op te hoogen terrein ten westen van de fundeeringput en langs de lijn tot verplichte ophooging.

Zaterdag 9 December 1916

Met de aannemers gesproken in de voorziening van drinkwatervoor het volk en het plaatsen van een volkskeet, opdat ze middags onder schafttijd onderdak kunnen krijgen.

Beloofd de noodige maatregelen te nemen en voor verziening in drinkwater mortonpompen te slaan.

Verder werd er deze week gewerkt aan de keeten en de kaden rondom het bouwterrein, waarover verder geen bijzonders valt te melden.

Maandag 11 December 1916

Aangevoerd 52 stuks dennen fundeering palen, waarvan goedgekeurd:
27 stuks lang 6,25 Meter en zwaar 26 x 16 cM. –
 9 stuks lang 7,30 Meter en zwaar 26 x 16 cM. =
 5 stuks lang 6,00 Meter en zwaar 25 x 15 cM. ≡
11 stuks afgekeurd.

De aannemers gewaarschuwd, dat het wenschlijk was, om met de kaden om het bouwterrein voorgang te maken, met het oog op den waterstand.

Hierop werd geantwoord, zoodra het door het door hun aangekochte spoor kwam, zou hieraan met spoed worden gewerkt.

Woensdag 13 December 1916

P.s. van de Hoofdingenieur de aannemers toegestaan om aan te nemen en aan Canoy Herfkens en Co op te dragen, de levering van de benoodigde vuurvaste steen volgens gezonden monster, aanwezig op het bureau.

Verder de levering van de wit verglaasde tegels steenen voor de ketelfronten ook volgens ontvangen monster en aanwezig op het bureau.

Prijzen voor de wit verglaasde steenen als volgt:
koppen ƒ 85,– per 1000 stuks, strekken ƒ 90,– per 1000 stuks, kop- en strek ƒ 95,– per 1000 stuks.

Donderdag 14 December 1916

P.s. van de Hoofdingenieur de aannemers toegestaan, om te koopen 500 zakken portlandcement (merk Dyckerhoff) voor den prijs van ƒ 35,– per 1000 KG franco voor de wal.

De vracht voor deze 500 zakken of 25000 KG bedroeg ƒ 4,50 per last, of ƒ 2,25 per 1000 KG.

Totaal bedrag aan vracht ƒ 56,25.

Voor deze hoeveelheid cement komt den aannemer eene vergoeding toe van 25 x ƒ 12,– = ƒ 300 +10% = ƒ 330.

Zie verrekeningsboek van meer en minderwerk.

Vrijdag 15 December 1916

 
Dagboek bladzijden 8 & 9.

Aangevoerd 86 stuks dennen fundeering palen, waarvan goedgekeurd:
33 stuks lang 6,25 Meter en zwaar 26 x 16 cM. –
38 stuks lang 7,30 Meter en zwaar 26 x 16 cM. =
 2 stuks lang 6,00 Meter en zwaar 25 x 15 cM. ≡
 5 stuks lang 5,00 Meter en zwaar 25 x 16 cM. X
 8 stuks afgekeurd.

De aannemers toegestaan een monster met prijsopgaaf te vragen van een partij te koop aangeboden gebruikte telegraafdraad, om bij nadere goedkeuring te gebruiken voor de spiralen in de betonpalen, waarvoor staat bepaald ijzer zwaar 6 m/m.

Zaterdag 16 December 1916

Het monster van bovengenoemde telegraafdraad goedgekeurd (zwaar 5 m/m) en de aannemers orders gegeven van deze draad 4700 KG aan te kopen voor den prijs van ƒ 20,– per 100 KG, waarbij dan nog komt de vracht vanaf Dordrecht.

Aangevoerde materialen deze week 750,10 M¹ heipalen. (zie weekrapport no 4)

Maandag 18 December 1916

Aangevoerd 500 zakken portlandcement. (zie hiervoor de aantekeningen van 14 December)

Aangevoerd 120 stuks dennen fundeering palen, waarvan goedgekeurd:
70 stuks lang 6,25 Meter en zwaar 26 x 16 cM. –
26 stuks lang 7,30 Meter en zwaar 26 x 16 cM. =
 2 stuks lang 6,00 Meter en zwaar 25 x 15 cM. ≡
 2 stuks lang 5,00 Meter en zwaar 25 x 16 cM. X
20 stuks afgekeurd.

Dinsdag 19 December 1916

Naar den Hoofdingenieur geweest om te spreken over de aankoop van gebruikte telegraafdraad liggende bij H. van Emden te Schiedam, welke verzocht eerst te komen zien, voordat wij tot aankoop overginnen. Opdracht van den Hoofdingenieur ontvangen, deze draad te koo gaan zien en zo mogelijk te koopen, volgens monster en voor de prijs van ƒ 20 per 100 KG.

Donderdag 21 December 1916

Met Broersma's naar Schiedam geweest en gekocht van H. van Emden eene partij ongeroest gebruikte telegraafdraad zwaar 4 en 5 m/m, welke partij volgens schatting zou wegen 4000 KG en verder aan te vullen met eenigzins geroeste telegraafdraad, zwaar 5 m/m tot een gewicht van 4500 KG.

Alzoo gekocht 4500 KG gebruikte telegraafdraad voor den prijs van ƒ 20,– per 100 KG, te leveren op de boot te Schiedam. Vracht komt dus voor rekening van de koopers

Zaterdag 23 December 1916

Aangekomen per schip eene partij betonijzer, volgens bijgaande vrachtbrief 47798 KG, wat verder door wegen of berekening moet worden uitgemaakt en bevestigd. (zie weekrapport no 6)

Deze partij is aangekocht voor ƒ 21,– per 100 KG franco voor de wal. (zie verrekeningsboek)

De aannemers nogmaals en voor de laatste maal gewaarschuwd, spoed te maken met de kaden om het bouwterrein en de gevolgen of oponthoud van het werk, welke hieruit kunnen ontstaan komen voor hun rekening.

Afgegeven de verklaring tot het eerste afgeven van de eerste termijn van betaling.

Slecht weer, zodat er niet kon worden gewerkt.

Afgegeven weekrapport no 5.

Woensdag 27 December 1916

Met de aannemers opgemeten de afkomende bassalt en vastgesteld te kunnen rekenen op 1000 M² ervan te kunnen zetten.

Opgepeild de Teroelsterkolk en de aannemers toegestaan, de bovengrond komende uit de fundeeringsput te kunnen storten in de Teroelsterkolk. De aannemers opgedragen, om de Z.W. kant van de kolk, liggende ten westen van de fundeeringsput op te baggeren tot tegen den leem van de zeedijk en vandaar dan met het storten van zand te beginnen.

Vrijdag 29 December 1916

 
Dagboek bladzijden 10 & 11.

Hoofdingenieur op het werk geweest en met Broersma's gesproken over aankoop ijzer en cement. Behalve het benodigde voor de betonpalen zou er niet in kleine partijen meer worden aangekocht. Dan niet eerder aankoopen, of er moet zekerheid zijn voor de geheele partij.

Broersma's beweerden, dat zij de eersten zouden zijn, die van het silicaat cement ontvangen met tuschen komst van hun broer.

Dan had de Hoofdingenieur er geen bezwaar tegen, dat hun broer de levering kreeg als dan op kon worden gerekend.

Hierop werd door de Broersma's geantwoord, dat deze zaak goed voor elkaar was en hun broer evenveel zekerheid van de levering had, als h/v van der Meulen.

De aannemer werd meegdeeld, dat zij konden overgaan tot aankoop van het dakbeschot en pannen. Met aankoop van de pannen zou geen haast worden gemaakt en mocht er de gelegenheid komen om geglazuurde te krijgen, dan wilde de Hoofdingenieur daar wel gebruik van maken.




Volgende deel ──>


Bronnen

  1. Stenvert, R., & Veenland-Heineman, K. M. (2012). Archiefonderzoek: Bouwarchief Ir. D.F. Woudagemaal, Lemmer. Utrecht: BBA, Bureau voor Bouwhistorie en Architectuurgeschiedenis v.o.f.
  2. Tresoar, Archief van de Provinciale Waterstaatsdienst van Friesland (archief nr. 9-01). Inv. nr. 917: Dagboek inzake de bouw van het gemaal, 1916-1920.