Dagboek bouw/1917, 3e kwartaal

Versie door Cierick Goos (overleg | bijdragen) op 19 aug 2023 om 15:05 (Resolutie van de afbeeldingen verhoogd)
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)


Vanwege de grote omvang van het dagboek is het voor deze wiki opgeknipt in de volgende delen:

Dagboek door opzichter W. Anema over de bouw van het gemaal. [2.]


Juli 1917

Maandag 2 Juli 1917

 
Dagboek bladzijden 38 & 39.

Gelost 600 zak portlandcement aangevoerd per schip 30 Juni Geplaatst 20 stuks gewapend betonpalen en de volgende nummers ... Begonnen met het aanbrengen van de gordingen langs de voorkant penanten boezemzijde.

Dinsdag 3 Juli 1917

Met opzichter Jansma naar Leeuwarden en Spannenburg geweest. Jansma m/d Hoofdingenieur gesproken over zijne woning, of er soms ook gelegenheid bestond om nu het vertrek van de N.V. Volker Tij Zn nog op het werk te blijven wonen. De Hoofdingenieur deelde mede, dat de Provincie niet voor een woning kon zorgen en zelf eens moest rond zien. Geplaatst 2 stuks gewapend betonpalen.

Woensdag 4 Juli 1917

Commissaris met Hoofdingenieur op het werk geweest te Spannenburg en Lemmer. Besloten de schrankschoren in de achterhar en boven dwarsregel niet met pen en gat te nemen. Aangevoerd 600 zak portlandcement. Geplaatst 31 stuks gewapend betonpalen. Met den Hoofdingenieur besproken de verankering damwand tusschen het ketelhuis en machinegebouw, waaraan reeds begonnen. Het aanbrengen van deze verankering door den Hoofdingenieur goedgekeurd.

Donderdag 5 Juli 1917

Klaargekomen met de verankering beschoeiing tusschen het ketelhuis en machinegebouw. Geplaatst 24 stuks gewapend betonpalen. Aan de aannemers Gebrs Broersma afgegeven de teekening voor de bewapening ketelblokken met fundeering ketelhuis. Alzoo kan met het buigen van dat ijzer worden begonnen, doch het ijzer nog niet aanwezig.

Vrijdag 6 Juli 1917

Geplaatst 24 stuks gewapend betonpalen. Met Jansma vastgesteld de breeuwnaad in de bekleeding voorloopig aan te houden op eene breedte van 6 mM. De aannemers te kennen gegeven, dat de laatste 600 zak aangevoerde portlandcement bij mijne afwezigheid op Woensdag morgen 4 Juli niet volgens afspraak is opgeborgen en op riet opgestapeld. Voor de tweede maal er de aannemers attent op gemaakt, dat de overkapping voor de sluisdeuren niet voldoende is.

Zaterdag 7 Juli 1917

Geplaatst 15 stuks gewapend betonpalen. Gestort de ondervloer onder de schoorsteenvoet. Afgegeven weekrapport no 33. Deze week totaal geplaats 116 stuks gewapend betonpalen. Deze week was er aangevoerd 180 M³ grind, 360 M³ zand en 600 zak portlandcement, genoemd op 2 Juli. Gewogen de laatst aangevoerde gegalavaniseerde ankers voor het graniet en ingevuld op de teekening van de ankers blad no 9.

Maandag 9 Juli 1917

 
Dagboek bladzijden 40 & 41.

Geplaatst ... stuks gewapend betonpalen. Gesteld de onderbewapening in de schoorsteenvoet en alles voor elkaar gebracht om morgen met het storten te beginnen. Wegens het slechte weer werd de halve dag niet gewerkt. Wel werd er doorgewerkt aan de sluisdeuren en de bewapening in de schoorsteenvoet. De aannemers nogmaals er op aangedrongen de overkapping van de sluisdeuren in orde te brengen en anders werden er andere mat maatregelen genomen door het werken aan de sluisdeuren stop te zetten.

Dinsdag 10 Juli 1917

Begonnen met het storten van de beton in de schoorsteenvoet en gestort tot eene hoogte van ± 80 cM boven de vloer. Menging van de specie genomen 1 portlandcement ¼ tras 3 zand en 5 grind, behalve op de bewapening, waar iets sterker specie. Geplaatst ... stuks gewapend betonpalen.

Woensdag 11 Juli 1917

Aan het storten van de beton voor de schoorsteenvoet werd doorgewerkt en gekomen tot de hoogte van de bovenste bewapening. Geplaatst ... stuks gewapend betonpalen.

Donderdag 12 Juli 1917

Bezig met het stellen van de bovenbewapening in de schoorsteenvoet en met de kuip. Geplaatst ... stuks gewapend betonpalen.

Vrijdag 13 Juli 1917

weer begonnen met het storten van de schoorsteenvoet. Geplaatst ... stuks gewapend betonpalen en klaar gekomen met het plaatsen van deze palen. Naar Leeuwarden geweest om met den Hoofdingenieur te spreken over de afrastering van de rietbeplanting ten noorden van de nieuwe draaibrug te Spannenburg. Opdracht gekregen, waar noodig voor eene afrastering te zorgen.

Zaterdag 14 Juli 1917

Bezig met storten van de beton in de schoorsteenvoet. Door het breken van de kamwielen v/d betonmolen niet met het storten klaar gekomen. De aannemers op gedragen de verdere betonspecie uit de hand klaar te maken en te bevorderen, dat de schoorsteenvoet zoo spoedig mogelijk klaar komt. Een en ander tegen het zin van den aannemers, die op het herstellen van de betonmolen wilden wachten. Begonnen met het plaatsen van de damwanden. Afgegeven weekrapport no 34.

Maandag 16 Juli 1917

Klaar gekomen met het storten van de schoorsteenvoet. Aan het spuiten van de damwanden werd doorgewerkt. Naar Langweer geweest om met Zandstra te spreken over het onteigenen van een stuk rietgewas in de Groote-Brekken. Afspraak om Donderdag middag samen op het terrein de zaak op te nemen. Het niet volgens afspraak opgeborgen cement genoemd 6 Juli verstapeld en opstapeld volgens afspraak op ashalptpapier met riet.

Donderdag 19 Juli 1917

Naar Leeuwarden geweest, om met den Hoofdingenieur te spreken over eene wijziging in de aanleg van de walmuur. Besloten het eerste gedeelte fundeering van uit het machinegebouw aan te leggen op 3.20 ÷ N.A.P. in plaats van 1,66 M ÷ N.A.P. Deze meerdere hoogte walmuur te vervangen door een stuk beton, in aanleg 1,65 M. Jansma naar Spannenburg geweest, om met Zandstra te spreken over het onteigenen rietgewas Groote Brekken, maar Zandstra was niet gekomen. De heibaas W. Héres van Hoek van Holland terug gekomen. Klaar gekomen met het plaatsen van de tweede rij damwand.

Vrijdag 20 Juli 1917

 
Dagboek bladzijden 42 & 43.

Begonnen met het maken van de fundeering onder de walmuur. Begonnen met de aanvulling met zand onder het machinegebouw tot 5 cM beneden onderkant fundeeringpalen.

Zaterdag 21 Juli 1917

Er werd deze week in hoofdzaak gewerkt aan het spuiten van de damwanden, het maken van de fundeering walmuur, het maken van de sluisdeuren, het aanbrengen verankering fundeering v/h ketelhuis, het lossen van materialen enz. De aannemers toegestaan Maandag morgen te beginnen met het afbreken v/d mallen om de schoorsteenvoet.

 
Ophaalbrug over het stroomkanaal bij Lemmer. 24 Juli 1917. Bron: Gedenkboek Jaffa.
 
De funderingsput op 24 juli 1917, na afloop van het heiwerk. Op het terrein staan nog twee houten heistellingen, en meer naar achteren zijn de bijbehorende locomobielen en de cementmolen te zien. Bron: fotoarchief PWS.
 
Voor het storten van het beton van de zuigbuizen werden houten mallen gemaakt. Hier staan de mallen gereed voor gebruik. Op de achtergrond de nieuwe brug over het stroomkanaal en de bouw- en directiekeet. Foto gedateerd 24 juli 1917. Bron: fotoarchief PWS.

Maandag 23 Juli 1917

Op het werk geweest Hoofdingenieur met Ingenieur. Begonnen met het afbreken van de mallen om het ketel... de schoorsteenvoet. Opdracht van den Hoofdingenieur ontvangen, om de schoorsteenvoet dekkend met koolteer te bestrijken.

Woensdag 25 Juli 1917

Op het werk geweest de Griffier met Hoofdingenieur Prengelen van Arnhem. Bij het slaan van de fundeering voor de walmuur doet het zich voor, dat de grond begint in te vallen. Dit is hoofdzaak een oorzaak hiervan, dat wij de fundeering dieper aanleggen, dan eerst de bedoeling was. Volgens beweering van de aannemers moest de heistelling van W. Héres van morgen hierom stilstaan. Volgens bewering van opzichter Hoekstra is niet dit niet het geval en hadden zij niet eens stoom op. Het was gister avond afgesproken met het spuiten van de damwanden te beginnen.

Zaterdag 28 Juli 1917

Op het werk geweest Herfkens Jr om te spreken over het bouwen van de schoorsteen. Afgesproken om hiermee te beginnen Maandag 6 Augustus. Zand en portlandcement (± 100 zak) zou worden geleverd door Gebrs Broersma. Zand per M³ ƒ 2,10. Portlandcement ƒ 5,– per zak. Begonnen met het lossen van de aangevoerde kalk voor de schoorsteen. Er werd deze week in hoofdzaak gewerkt aan het plaatsen van damwanden onder de keersluis, het slaan van de fundeering onder de walmuur, het maken van de sluisdeuren, het lossen van de aangevoerde materialen enz. Afgegeven weekrapport no 36. Bijzonderheden deze week niet te melden.

Maandag 30 Juli 1917

Op het werk geweest Sollaart, Hijgenaar en Kolpa, afgehaald door Jansma en Hoekstra van Spannenburg. Op het werk werd weinig uitgevoerd, wegens reparatie aan de locomobiel en het water in de fundeeringput te hoog om goed te kunnen werken.

Vrijdag 27 Juli 1917

Bericht van het silicaatbureau ontvangen, dat de prijs van de portlandcement was gestegen tot de prijs van ƒ 78,75. Per telefoon hiervan kennis gegeven aan den Ingenieur en opdracht ontvangen, de benoodigde portlandcement tot eene hoeveelheid van 400.000 KG maar te axepteeren. Hiervan was reeds geleverd 125.000 KG tegen de prijs van ƒ 65,– per 1000 KG. Thans weer aangevoerd tegen de nieuwe gestelde prijs 900 zak of 45000 KG.

Dinsdag 31 Juli 1917

Klaar gekomen met het plaatsen van de damwanden onder het machinegebouw, ketelhuis enz. Aangevoerd twee schepen met tras ... KG Klaar gekomen met het lossen van de kalk voor de schoorsteenbouwer.


Augustus 1917

Woensdag 1, Donderdag 2 en Vrijdag 3 Augustus 1917

Wegens het slechte weer werd er weinig gewerkt. Begonnen met het plaatsen van de damwanden onder de walmuren.

Zaterdag 4 Augustus 1917

 
Dagboek bladzijden 44 & 45.

Afgegeven weekrapport no 37. Er werd deze week in hoofdzaak gewerkt aan het maken van de fundeering walmuur, het maken van de sluisdeuren, het vervoeren van grond en het lossen van de aangevoerde materialen. Gebrs Broersma gewaarschuwd, dat op het lossen van de portlandcement beter moest worden toegezien. Hoekstra aangewezen, om mede er op toe te zien. De verzending van de portlandcement is slecht.

Maandag 6 Augustus 1917

Aangevoerd 4 ladingen portlandcement, warmee begonnen te lossen. De aankomst van de portlandcement is slecht. Veel zakken welke stuk zijn en enkele reeds verhard, wanneer ze uit de waggons komen. De aannemers gewaarschuwd, dat deze portlandcement bij het werken niet voor goeie cement werd geaxepteerd. Bij het lossen ook zeer moeilijk te zeggen, welke goed zijn en welke niet. Dit openbaart zich bij het verwerken beter. De aannemers er op aangedrongen, hiervan aan het cilicaatbureau bericht te doen.

Dinsdag 7 Augustus 1917

Begonnen met twee metselaars aan de onderbouw (rookkanalen enz) van de schoorsteen. De schoorsteenbouwer Vorstermans met nog drie metselaars hier gekomen om te beginnen met de bouw van de schoorsteen.

Woensdag 8 en Donderdag 9 Augustus 1917

Wegens de feestelijkheden te Lemmer werd er deze dag weinig uitgevoerd. Begonnen met het buigen van ijzer voor de vloeren. In Leeuwarden toezegging ontvangen, het ijzer van 12 mM, welke te veel is aangevoerd, te verwerken in de vloeren machinegebouw.

Vrijdag 10 Augustus 1917

De schoorsteenbouwers begonnen met het bouwen van de schoorsteen. Begonnen met de bekisting voor het gedeelte betonmuur. Door de aannemers is mij meegedeeld, dat zij het cilicaatbureau er mee in kennis hebben gesteld, wat betreft de slechte aankomst van de portlandcement. Ook de H.S.M is hiermee in kennis gesteld. Van de station chef v/d H.S.M. te Sneek bericht ontvangen, dat er Vrijdag 's middags iemand kwam om nader onderzoek in te stellen. Hieraan werd ook gevolg gegeven en kwam de chef persoonlijk. De aannemer Jac. Broersma, de chef en ik de zaak opgenomen en is de schade vast gesteld als volgt:
1ste lading 47 zak geheel verloren.
2de lading 142 zak geheel verloren.
2de lading 42 zak half verloren.
Totaal 210 zak geheel verloren, waarvoor schade vergoeding wordt aangevraagd. Toestemming van de Chef ontvangen, dat wij met deze portlandcement kunnen doen, wat wij willen. Met de aannemers afgesproken, deze cement de volgende week te zeefen en in de walmuur te verwerken.

Zaterdag 11 Augustus 1917

Afgegeven weekrapport no 38. Eene lading cement van 900 zak gelost, waarin verscheidene bedorven zakken. Deze week aangevoerde materialen:
62000 KG betonijzer.
4200 zak portlandcement.
600 M³ zand voor de beton.
Er werd deze week in hoofdzaak gewerkt aan het buigen van betonijzer, het stellen van de bekisting voor de walmuur, het aanvullen met zand onder stortebed, onvangbed en fundeering machinegebouw en verder het lossen van de aangevoerde materialen. De schoorsteenbouwer gekomen tot 2 Meter boven de betonfundering of 3,20 M + N.A.P.

Maandag 13 Augustus 1917

Kolpa op het werk geweest, om enkele gegevens betreffende het ijzerbuigen van Buwalda over te nemen. Klaar gekomen met het stellen van de bekisting voor de walmuur.

Dinsdag 14 Augustus 1917

 
Dagboek bladzijden 46 & 47.

Begonnen met het storten van de beton voor de walmuur. In deze walmuur verwerkt 8 staven ijzer lang 12,– M en zwaar 16 m/m. Onder de walmuur van het gedeelte beton zijn geplaatst totaal 119 stuks dennen palen, waaronder 36 schoorpalen.

Woensdag 15 Augustus 1917

Klaar gekomen met het storten van de beton voor de walmuur. Verder gestort de werkvloer onder de ketelblokken. Uitgezet de perkoenrij langs het ontvangbed, waarmee begonnen te heien. Jansma naar Leeuwarden vertrokken, om morgen naar Arnhem te gaan voor het bezien van een woonark. Met de aannemers gesproken om de overgebleven einden van de verschillende staven te gebruiken in de ondervloer onder de ketelblokken. Werd door den Hoofdingenieur toegestaan onder die voorwaarden, dat de meerdere lasschen, welke hierdoor ontstaan voor rekening van de aannemers kwam om de lasschen 25 cM moet lang werden. Dit is aan de aannemers persoonlijk meegedeeld.

Donderdag 16 Augustus 1917

Uitgezet de perkoenrij langs het stortebed. De aannemers meegedeeld, dat de aanvulling met zand onder het stortebed 35 cM te hoog kwam, waarop zij hebben geantwoord, dat het met opzet werd gedaan om boven water te komen en plan hadden, dit later weer af te graven. Ook de hoogten van de perkoenpalen direct aangegeven.

Vrijdag 17 Augustus 1917

Begonnen met het stellen van de bewapening betonvloer onder de ketelblokken. Met de aannemers afgesproken het bovennet tegelijk te stellen met het ondernet, zodat de storting ineens kan plaats hebben. Hoekstra opgedragen een staat nakeurig aan te houden van het verwerkte ijzer.

Zaterdag 17 Augustus 1917

Afgegeven weekrapport no 39, waarop de aangevoerde materialen en uigevoerde werkzaamheden vermeld.

Maandag 20 Augustus 1917

Met verlof geweest. Het ontvangbed op diepte gemaakt en verwerkt het benodigde riet met rijshout. Aan het stellen van de bewapening onder het ketelhuis werd doorgewerkt. Verder werd er gewerkt aan het op diepte brengen van het stortebed en het slaan van de perkoenpalen langs het stortebed.

Dinsdag 21 Augustus 1917

Naar Leeuwarden geweest om met den Ingenieur te spreken over het storten van de beton in de verdiepte gedeelten. De Ingenieur maakte er geen bezwaar tegen, om beton te storten onder water. Om ± 5 uur wilden de aannemers tijdens mijne afwezigheid nog met het storten van de verdiepte gedeelte beginnen te storten, wat door Jansma niet werd toegestaan en mijn terugkomst wilde afwachten.

Woensdag 22 Augustus 1917

Begonnen met het storten van de verdiepte gedeelten op eene breedte van ± ... en ... . Het maken van een werkvloer was onmogelijk en onder de beton gelegd een platte laag van klinker steen. De beton zoo goed mogelijk gestort in de droge, toch heele maal in de droge was onmogelijk. Na de storting onder water laten loopen en met de aannemers afgesproken met de verdere storting te wachten tot Vrijdag, daar vermoedelijk de Ingenieur dan komt.

Donderdag 23 Augustus 1917

Begonnen met het stellen van de bekisting voor de verdieping langs het ontvangbed. Deze verdieping genomen over eene breedte van 1,20 Meter. De aannemers opgedragen de perkoenpalen langs het ontvang en stortebed om de andere in de gording te bespijkeren, waaraan geen gevolg werd gegeven. De vierde sluisdeur, welke thans niet onder de kap ligt, onderdak op te sluiten en de beplanking aan te brengen. Met het stellen van de bewappening vloer onder de ketelblokken klaar gekomen.

Vrijdag 24 Augustus 1917

 
Dagboek bladzijden 48 & 49.

Door het slechte weer werd er de halve dag maar gewerkt. Bezig met het op diepte brengen van het stortebed.

Zaterdag 25 Augustus 1917

Begonnen met het storten van de beton voor de vloer onder de ketelblokken. Ingenieur op het werk geweest om de fundeeringput machinegebouw met keersluis op te nemen. Ook deze put onvoldoende bevonden, om zoo de werkvloer met de bewapende balken te storten. Tot de conclusie gekomen, dat in de bemaling weinig verbetering was te brengen, in geen geval voldoende verbetering. Besloten om onder de geheele opvlakte van de werkvloer te storten een laag grind ter dikte van 20 cM en hierover een platte laag in plaats van 5 cM beton en deze zaak eerst met den Hoofdingenieur te bespreken. Met den Ingenieur naar Leeuwarden gegaan om één en ander mede met den Hoofdingenieur te bespreken. Vast gesteld, om over te gaan tot het aanbrengen van een grindlaag zwaar 20 cM, waarover een laag stampbeton zwaar 5 cM in plaats van een platte laag, waartegen de Hoofdingenieur bezwaar maakte. Verder afgesproken, dat ik met de aannemers de prijs zou vaststellen per M³ en deze aan den Ingenieur mee te deelen. Afgegeven weekrapport no 40.

Maandag 27 Augustus 1917

Wegens het slechte weer werd er weinig uitgevoerd en het storten van de beton verboden om de harde wind. Door de schoorsteenbouwers werd niet gewerkt wegens afwezigheid. De aannemers Gebrs Broersma prijsopgaaf gevraagd voor het aanbrengen van 20 cM grind onder de werkvloer machinegebouw met keersluis en het zand te verwijderen, alles per M³.
Deze opgaaf luidt als volgt:
Het verwijderen van zand per M³ te rekenenen op ƒ 1,25.
Het leveren van grind ter plaatse op ƒ 6,25 per M³. Inkoopsprijs volgens ontvangen telegram van Vlietstra te Harlingen ƒ 4,50; en van Breejenhout te Nijmegen voor ƒ 5,– per M³, beide te lemmer in de haven. Gerekend ƒ 1,– voor verder vervoer en ƒ 0,75 voor het lossen en in de put brengen. De prijzen van ƒ 6,25 per M³ grind en ƒ 1,25 M³ vervoeren zand aan de Ingenieur per telefoon meegedeeld en vermeld, dat het aanbrengen van deze grindlaag enz. komt op ± ƒ 5000,– komt. Opdracht v/d Ingenieur per telefoon ontvangen, maar aan de aannemers op te dragen. Kreeg met de aannemers verschil over de bemaling tijdens het verwijderen van het zand en het aanbrengen van de grindlaag. Heb de aannemers meegedeeld, dat ik deze kosten niet voor rekening van de Provincie wilde nemen, waarop Broersma antwoorde, dat hij hierover bij den Hoofdingenieur dan nader terug kwam. Ook heb ik de aannemers opgedragen in de Z.W. hoek van de funderingput eene afdamming te slaan, om het water komende van het ketelhuis en achter de schoorsteen te brengen achter het stortebed om zoo, door een geul zijn uitweg te vinden naar de pomp. Gezegd dat deze afdamming voor hun rekening kwam, waar de aannemer direct mee axoort ging.

Dinsdag 28 Augustus 1917

Begonnen met het stellen van spoor voor het vervoeren van zand uit de funderingsput. Er werd ook nog gewerkt aan het stortebed en aan het plaatsen van damplanken op de hoek bij de locomobiel. Verder werd er gewerkt aan de bewapening kolommen onder het ketelhuis. Wegens de harde wind verboden om de beton te storten voor de vloer onder het derde ketelblok. De aannemers gevraagd om te bestellen de noodige meetlatten. Wegens het slechte weer werd er door de schoorsteenbouwers niet gewerkt.

Woensdag 29 Augustus 1917

 
Dagboek bladzijden 50 & 51.

Gestort de beton voor de gewapende vloer onder het derde ketelblok. Begonnen met het inbrengen van een laag grind onder de fundeering machinegebouw met keersluis ter dikte van ± 20 cM. Zie aant. 27 Aug. Wegens het slechte weer werd er weinig uitgevoerd.

Vrijdag 31 Augustus 1917

Wegens het slechte weer werd de halve dag maar gewerkt van 's morgens 6 uur tot 9 uur niet. Commissaris op het werk geweest met zijn plezierjacht. Er werd doorgewerkt aan het aanbrengen van een laag grind onder de fundeering machinegebouw met keersluis enz.

September 1917

Zaterdag 1 September 1917

 
Smalspoor met kiepkarren en een stoomlocomotief op de bouwplaats. Er lag op het bouwterrein ongeveer 600 meter smalspoor. Op de voorgrond het rijshout voor het stortebed. Foto gedateerd 1 september 1917. Bron: fotoarchief PWS.

Afgegeven weekrapport no 41. Er werd deze week gewerkt aan het metselen van de walmuur, gestort de betonvloer onder het derde ketelblok, het aanbrengen van een laag grind onder de fundeering machinegebouw met keersluis enz. Op het werk geweest de Ingenieur met Commissaris. Met de Ingenieur besproken het storten van de betonbalken haaksch op de damwanden, wat voor het drooghouden van de grindlaag en het opdrijven van de vloer een groot bezwaar is. Verder de Ingenieur voorgesteld, om het sorteeren van de steen door de metselaar te laten doen en niet de vaste arbeiders. Eén en ander zou door den Ingenieur nogmaals met den Hoofdingenieur worden besproken. Door de schoorsteenbouwers deze week weinig uitgevoerd en is de schoorsteen thans tot eene hoof hoogte hoogte van 13 Meter.

Maandag 3 September 1917

Begonnen met het lossen van eene lading schoorsteen steen totaal 100 last. De schoorsteenbouwers niet op het werk en prachtig te werken. Met Jansma naar Spannenburg geweest en opgenomen het werk van bestek no 5 aangenomen door de N.V. J. Volker. Er werd gewerkt aan het metselen van de walmuur, het inbrengen van grind onder de fundeering machinegebouw, keersluis enz, het maken van de sluisdeuren, het buigen van ijzer voor het opgaande muurwerk ketelhuis enz.

Dinsdag 4 September 1917

De werkzaamheden als vermeld op 3 September. Met de aannemer Joh. Broersma en de uitvoerder Plas gesproken over de bemaling fundeeringput. Door hun word steeds beweerd, dat de bemaling voor de fundeeringput voldoende is, wat door mij werd tegengesproken. Ik heb hun gezegd, dat het mij wenschlijk voorkomt om eerst betere maatregelen te nemen, voordat met het storten van de beton wordt begonen. Thans wil ik niet tegenspreken, dat de bemaling voldoende is, maar te vaak moet deze stop worden gezet, wegens reparatie, wat tijdens het betonstorten moet worden voorkomen. Volgens hun bewering was er geen sprake van over het niet droog houden van de fundeeringput. Een reserve bemaling zou kunnen worden verkregen door het plaatsen van een heikar achter de locomobiel en zou geen groote kosten meebrengen. De aannemers blijven volhouden, dat de bemaling voldoende is en ik houd er mij aan, dat een reserve bemaling wenschelijk is. In de fundeeringput wordt gewerkt aan het uitgraven van zand en het in brengen van grind. Tevens wordt in de fundeeringput gewerkt aan het stellen van het betonijzer aan de verdiepingsbalk langs het stortebed. Bezig met het verstellen van de betonmolen met de heikar.

Woensdag 5 September 1917

De werkzaamheden genoemd als op 4 September. Nog begonnen met het stellen van de mallen voor de betonwerken onder de ketels. Elk stel door de timmerlieden aangenomen voor ƒ 165. Het breeuwen van de deuren door Gebrs Beljan aangenomen voor ƒ 60,– per stuk, met bijlevering van materialen. Vanaf Maandag morgen door de schoorsteenbouwers niets uitgevoerd en nog niet hier. Broersma nogmaals besteld, om meetlatten te willen bestellen.

Donderdag 6 September 1917

 
Dagboek bladzijden 52 & 53.

De werkzaamheden bestaan in hoofdzaak uit het metselen van de walmuur, het vervoeren van zand en aanbrengen van grind onder de fundeering machinegebouw met keersuis enz, het opstellen van de mallen voor het betonwerk onder de ketels, het maken van de sluisdeuren, het stellen van het ijzer voor de verdiepte balk langs het stortebed, het opstellen van de betonmolen met heikar, het lossen van zand en grind enz. De schoorsteenbouwers niet hier en deze week nog niets aan de schoorsteen uitgevoerd. Begonnen met de herbestrating van den nieuwen parallelweg. Ben door den Ingenieur opgebeld en werd mij de volgende vragen gesteld in tegenwoordigheid van Joh. Broersma.
1ste Van waar komt de graniet uit Noorwegen of Zweden en uit welke groef?
Antw: Groef ons niet niet bekend, maar uit Noorwegen.
2de Wanneer is door den leverancier voor het eerst over vergoeding gesproken?
Antw: Ongeveer twee maanden geleden, doch niet met zekerheid bekend, omdat de brief bij de deurwaarder is.
3de Welke datum is de levering aan de leverancier opgedragen?
Antw: De levering is opgedragen 10 November 1916.
4de Wanneer de teekening gestuurd?
Antw: Teekeningen gezonden in twee gedeelten 19 December en 21 Januari.
5de Zijt de graniet klaar?
Antw: Volgens bewering van de leverancier aan Gebrs Broersma ligt alle graniet aan de groeven klaar.

Vrijdag 7 September 1917

De werkzaamheden genoemd als op 6 September. Wegens reparatie aan de locomotief werd er in de fundeeringput 's namiddags alleen gewerkt aan het stellen van betonijzer en het maken van een sleuf voor de betonbalkje's. Met Jansma en van Hes nagegaan het sorteeren van de steen. Monsters uitgezocht waaraan het sorteeren zou moeten gebeuren, waarvan één monster opgestuurd naar Leeuwarden.

Zaterdag 8 September 1917

Deze week werd door de schoorsteenbouwers niets uitgevoerd. Naar Leeuwarden geweest en met den Ingenieur besproken het sorteeren van steen, door den metselaar van Hes en anderen. Het sorteeren moest kosten ƒ 1,30 per duizend gerekend het geheele aantal steenen, welke moesten worden omgezet en ƒ 4,– per duizend gerekend de uitgesorteerde steenen en geschikt voor voorwerkers. Besloten, voorlopig niet met het sorteeren te beginnen. Afgegeven weekrapport no 42. In de fundeeringput werd gewerkt aan het vervoeren van zand en het stellen van betonijzer voor de verdiepte gedeelten. Vertrokken met verlof tot Maandag 17 September.

Maandag 10 September 1917

Bezig met het vervoeren van zand en daarvoor in de plaats brengen van een laag grind. Eén betonvlechter bezig met het stellen van betonijzer in de verdiepte gedeelten. De timmerlieden bezig met het timmeren van de mallen voor het betonwerk onder de ketelblokken en het maken van de sluisdeuren. Verder werd er gewerkt aan het lossen van de aangevoerde grind.

Dinsdag 11 September 1917

De schoorsteenbouwers teruggekomen (2 man) voor het bouwen van de schoorsteen. Verder werd er gewerkt als op 10 Sept- genoemd.

Woensdag 12 September 1917

Damwand van het verdiepte gedeelte ± 2 M¹ verhoogd. De betonbalkjes in het voorste vak gedeeltelijk gesteld. Verder werd er gewerkt als genoemd op 10 Sept-.

Donderdag 13 September 1917

Klaar gekomen met het vervoeren van zand uit de fundeeringput en daarvoor in de plaats brengen van een laag grind van 20 cM. Twee betonwerkers aan 't balkijzerstellen. Drie maa man aan ’t damopspuiten aan de voorste damwanden. Verder werd er gewerkt aan het opstellen van de mallen voor het betonwerk onder de ketelblokken en het maken van de sluisdeuren.

Vrijdag 14 September 1917

 
Dagboek bladzijden 54 & 55.

Twee betonbalken met twee tusschenbalkjes gestort aan de zeezijde. Eerst geen voldoende volk op het stort, welke aanmerking door Kolpa en Jansma werd gemaakt, omdat het ijzer met het storten met karren te veel van zijn plaats ging. Bij de tweede balk dit veranderd en werd er gestort in een stortbak.

Zaterdag 15 September 1917

Er werd gewerkt aan het lossen van materialen, het optimmeren van de mallen voor het betonwerk onder de ketelblokken en het maken van de sluisdeuren. Verder het opruimen van spoor en het omzetten van turf.

Maandag 17 September 1917

Begonnen met het stellen van het ijzer voor de bewapening onder de ketelblokken. Verder werd behalve het maken van de sluisdeuren in hoofdzaak gewerkt aan het lossen van materialen het omzetten enz van turf.

Dinsdag 18 September 1917

Er werd gewerkt genoemd als op 17 September. Door de aannemers werd mij meegedeeld, dat zij hadden besteld 120 M¹ ijzerenaarb ijzeren aardbuis wijd binnenwerks 10 cM. Deze buizen dachten de aannemers te leggen onder de grindlaag in de fundeeringput voor afwatering van de Z.W. hoek van de fundeeringput naar de centrifugaalpompen. Hier was ik niet voor en deelde hun mee, dat ik daarover de Hoofdingenieur eerst wenschte te hooren. Besloten voorloopig twee rijen buizen te leggen om zoolang er niet beton wordt gestort, het terrein zoo droog mogelijk te houden. De buizen tijdens het storten van de werkvloer zoonoodig weer weg te nemen.

Woensdag 19 September 1917

Jansma naar Leeuwarden geweest om met den Ingenieur te spreken of het bandijzer voor de bewapening kan worden vervangen door draad zwaar 5 mM. Toegestaan, maar de helft meer draad van 5 mM te gebruiken, dan er bandijzer staat voorgeschreven. Met den Hoofdingenieur gesproken over het leggen van de buizen onder de grind. Hiertegen maakte de Hoofdingenieur bezwaar en wilde geen filter onder het gebouw hebben en moest worden voorkomen door op drie plaatsen onder het gebouw beton balkjes te storten, dieper dan de grindlaag. Verder de einden van de fundeeringput met damwanden af te sluiten. Eén en ander aan de aannemers meegedeeld en maakte groot bezwaar tegen het storten van de betonbalkje, wat zij schriftelijk aan den Hoofdingenieur wilden meedeelen.

Donderdag 20 September 1917

De aannemers opgedragen, om te beginnen met het afsluiten van de fundeeringput in de Z.W. hoek. Hier te slaan een damwand, breed ± 22 Meter en damplanken lang 1,50 M. De zwaarte nader te bepalen, doch eerst te vernemen, welke zwaarte van hout door de firma Sleeswijk het geschikst geleverd kon worden. Toegestaan het malhout van de betonbalken gestort 14 September weg te nemen, waaraan werd gewerkt. Verder werd er gewerkt aan het stellen van ijzer voor de ketelblokken, het maken van de sluisdeuren en het lossen van materialen. Door de schoorsteenbouwers werd de halve dag gewerkt.

Vrijdag 21 September 1917

Begonnen met het plaatsen van de damwanden aan de aannemers opgedragen d.t. gisteren. Begonnen met het storten van de werkvloer met de betonbalken haaksch op de damwanden in de Z.W. hoek van de fundeeringput. Verder werd er gewerkt aan het stellen van de bewapening kolommen, balken en vloer eerste ketelblok. Verder aan de sluisdeuren en het lossen van de aangevoerde materialen.

Zaterdag 22 September 1917

 
Dagboek bladzijden 56 & 57.

Gestort een gedeelte werkvloer in de fundeering onder het machinegebouw met keersluis. Verder werd er gewerkt genoemd als op 21 September. Afgegeven weekrapport no 44.

Maandag 24 September 1917

Er werd gewerkt aan het vlechtwerk op het stortebed, het stellen van ijzer ketelblok, het maken van de sluisdeuren en het lossen van de aangevoerde grind. Wegens gebrek aan buizen kon aan de werkvloer niet worden doorgewerkt.

Dinsdag 25 September 1917

Met den aannemer Jac. Broersma naar Leeuwarden geweest. Eerst gesproken met den Directeur v/d N.V Hartelust over de levering van ijzer in verband met de door hun gestuurd telegram uit Duitschland, inhoudende dat de aannemers zeer waarschijnlijk deze maand nog konden verwachten 100.000 KG ijzer 11 m/m. Daar werd ons meegedeeld, dat de Directeur zelf in Duitschland was, om de levering zoo spoedig mogelijk te doen plaats hebben, maar verder van de levering in deze maand niets konden melden. Met den Hoofdingenieur gesproken over de aankoop van 2000 zak portlandcement welke ons onder door het cylicaatbureau werden aangeboden. Besloten deze hoeveelheid portlandcement aan te nemen. Mocht het ijzer voor de vloer onder het machinegebouw met keersluis niet komen, het stortebed met ontvangbed af te maken en door te werken aan het ketelhuis. Het aanbrengen van draaineerbuizen in de grindlaag met betonbalken haaksch op de damwanden aan te houden. De schoorsteenbouwer Vorstermans en met Jansma over het voegwerk gesproken waarop door mij aan Canoy Herfkens aanmerkingen was gemaakt. Door den schoorsteenbouwer Vorstermans werd gezegd, dat de aanmerkingen het uitgeregende voegwerk betreffende, door hem later geheel ten genoegen der Directie zou worden bijgewerkt. Wat het gewone voegen betreft, dit werd door hem nooit anders gemaakt en zou zeker ten genoegen van de firma Canoy Herfkens zijn. Omtrent het bijbrengen van de verafstaande steenen, verklaarde hij, dit niet voor zijne rekening te willen nemen, doch dit zou zeker ook wel door de firma erkend worden, als hare vertegenwoordiger ter plaatse den toestand had opgenomen.

Woensdag 26 September 1917

Verschil met de aannemers over het storten van de beton voor het eerste ketelblok. Bij mijn terugkomst uit Leeuwarden (25 Sept.) was Jansma bij de tram en deelde mij mede, dat de aannemers van plan waren te storten, maar de bewapening nog niet voldoende was gesteld. Bij mijn thuiskomst Broersma gewaarschuwd niet te vlug op te stoken en ik de bewapening eerst wilde zien. Ook mij bleek, dat de zaak niet in orde was en verbood om zoo de vloer te storten en ging het storten deze dag geheel over. Hierover met de aannemers nog al eenige woorden gehad, omdat zij zich er niet mee konden vereenigen. Het volk meest in de turf.

Donderdag 27 September 1917

Begonnen met het storten van de beton van het eerste ketelblok en een gedeelte werkvloer gestort. Al het volk, waaronder ook begrepen de timmerlieden werken mee aan het storten van de beton.

Vrijdag 28 September 1917

Klaar gekomen met het storten van de beton voor het ketelblok en nog een gedeelte werkvloer. Gestort tot 's morgens elf uur en kon er niet aan de werkvloer worden doorgewerkt wegens gebrek aan buizen. Verder werd er gewerkt aan het lossen van grind, het plaatsen van de damwand aan de Oostkant van de fundeeringput, het stellen van de bewapening in de betonbalk langs het ontvangbed, het maken van de sluisdeuren enz.

Zaterdag 29 September 1917

 
Dagboek bladzijden 58 & 59.

Op het werk geweest de Hoofdingenieur met Ingenieur. De aannemers toegestaan het aanwezige ijzer zwaar 10 m/m en 12 m/m in de funderingplaat onder het machinegebouw te verwerken en met het stellen van dit ijzer alvast te beginnen. Door den Hoofdingenieur werd toegestaan voor afwatering van het stortebed een buis te leggen onder het landhoofd in de Z.O. hoek van de fundeeringput. Deze buis moet bestaan uit een getrokken ijzeren buis, later afsluiten op de beide einden en vol te stampen met beton. Al het betonhout van het ketelblok mag worden verwijderd Maandag 15 October. Desgewenscht het hout van de kolommen op Maandag 8 October. Door de Hoofdingenieur werd er op aangedrongen aan het betonwerk voor het opgaande muurwerk van het ketelhuis te beginnen. Het stortebed en ontvangbed zoo spoedig mogelijk af te werken. De mazen van het onder- en bovennet voor de betonplaat onder het machinegebouw met keersluis aan te houden op 8 cM of 7 per M¹. Hierover nog nader bericht te wachten van den Ingenieur. Voor zoover het ijzer aanwezig eerst te stellen en dan te storten. Zoomogelijk eerst de geheele bewapening stellen. Met de schoorsteen gekomen tot eene hoogte van 27 Meter boven de betonfundeering of 28,20 + N.A.P. Afgegeven weekrapport no 45.




Volgende deel ──>