Onderhoud stoomgemaal en Ontwerp en inrichting gebouw: verschil tussen pagina's

Uit Wouda's Wiki
(Verschil tussen pagina's)
imported>Jan Pieter Rottine
Geen bewerkingssamenvatting
 
imported>Jan Pieter Rottine
Geen bewerkingssamenvatting
 
Regel 1: Regel 1:
Aan het '''[[ir. D.F. Woudagemaal]]''' wordt '''planmatig en regelmatig onderhoud''' gepleegd. Zoals bij iedere bedrijfsvoering doen zich bij het gemaal daarnaast ook nog vaak''' kleine problemen''' voor, die meteen moeten worden verholpen om eventueel zo nodig '''later op een rustig moment''' nog eens onderhoudsmatig te kunnen worden aangepakt. Zo is er vrijwel '''altijd wel wat te doen om het gemaal weer klaar te krijgen voor het volgende stormseizoen'''.
Bij het ontwerp van het gebouw voor het stoomgemaal bij Tacozijl (Teakesyl), westelijk gelegen van De Lemmer, is men in 1920 uitgegaan van de destijds actuele bouwstijl van de <strong>[[Amsterdamse School]]</strong>.  
Geheel passend bij deze stijl zijn het zakelijke uiterlijk, de symmetrische gevelindeling en de fraaie ornamenten in de vorm van zandstenen gebeeldhouwde gevelelementen van het Woudagemaal.


Ieder waterschap rekent met een '''stormseizoen dat loopt van 1 oktober tot 1 april'''. In die tussenliggende periode mag er geen regulier onderhoud worden verricht aan een gemaal en dus ook niet aan het '''ir. D.F. Woudagemaal'''. '''Tijdens het stormseizoen moet het gemaal maalvaardig zijn'''.
[[Bestand:Gevelsymmetrie_k.jpg|600x439px|link=]]


[[Bestand:IMG_2146_stormseizoen_jan_2012_a.jpg|600x400px|link=]]
Ook '''aan het interieur van het gebouw''' is bijzonder veel zorg besteed. Opvallend is '''de het open karakter van de dakconstructies''' van zowel het '''ketelhuis''', als ook die van de '''machinekamer''', waardoor het hele interieur een zeer ruimtelijk karakter heeft gekregen.
'''Het Woudagemaal in het stormseizoen, januari 2012. De vloeddeuren van sectie A zijn reeds verwijderd als voorbereiding op de renovatiewerkzaamheden in de zomerperiode. Deze verwijdering heeft dus geen effekt op de maalvaardigheid.'''  
<br>Dit ruimtelijk karakter is er ook de oorzaak van dat er '''vaak een vergelijking wordt gemaakt met de bouw van een kathedraal'''. ('''kathedraal van stoom''')


[[Bestand:IMG_0156_restauaratie_A_betonblokken.jpg‎|600x450px|link=]]
[[Bestand:
'''Restauratie van sectie A in 2012: het plaatsen van betonblokken om de vloer niet op te laten drijven bij drooglegging van de sectie'''


Grote en kleine onderhoudswerkzaamheden, zoals de restauratiewerkzaamheden in 2012 van '''Sectie A''', zowel aan boezem- als aan zeezijde, zijn daarom na 1 april van start gegaan en moeten voor 1 oktober weer zijn afgerond.
Het interieur van het gebouw kenmerkt zich door een aantal bijzondere details:
<br>Via '''forse eikenhouten deuren''' komt men op veel verschillende plaatsen het gebouw binnen:
<br>Het ketelhuis kan worden betreden door rustieke dubbele deuren in de gevel van de '''korte zijden''', waarbij opgemerkt moet worden dat het ketelhuis '''dwars geplaatst is ten opzichte van de machinehal'''.
<br>Zowel het ketelhuis als de machinehal zijn aan de buitenzijde opgetrokken van fraaie rustieke bakstenen.


[[Bestand:IMG_0157_restauratie_A_drooglegging.jpg|600x432px|link=]]
Geheel in de algemene historische stijl behorend bij de stoombedrijven is '''het ketelhuis somber''' uitgevoerd. Hier wordt de brandstof naar binnen gereden, de deur van het ketelhuis wordt veelvuldig geopend en gesloten, er wordt gewerkt met gruis-achtige brandstoffen als steenkool en eventueel ook bruinkool en turf.
'''De drooglegging van sectie A in 2012'''
<br>De combinatie van de '''stookinrichting''' met '''de bijbehorende brandstof''' zorgt voor een '''stoffige, smerige atmosfeer''', zodat zich in het ketelhuis al snel overal stof afzet.
<br>'''De vloer van het ketelhuis''' is uitgevoerd in '''stalen vloertegels''', zodat het '''storten en opscheppen van de steenkool''' gemakkelijk kan plaatsvinden en '''de slijtage aan de vloer gering blijft'''.


'''Deze restauratie richt zich vooral op de delen onder de waterlijn: sluisdeuren, betonwerk, metsel- en voegwerk'''.
Het ketelhuis beschikt over '''een behoorlijke hoogte'''. Dat is het gevolg van '''de keuze van het aanvankelijke ketelsysteem''': de zes Piedboeufketels. (het was een ketelsysteem in twee etages en daarvoor was de nodige hoogte een vereiste)
<br>De '''inrichting van het ketelhuis''' van 1920 is '''thans dus niet geheel origineel''' meer. Het ketelhuis is in 1955 namelijk verbouwd vanwege een noodzakelijk nieuwe installatie van '''een vervangend ketelsysteem''': de vier Schotse ketels zoals die tegenwoordig gebruikt worden.
<br>Daarom lijkt het ketelhuis nu eigenlijk veel '''te hoog voor de huidige installatie'''.


De '''secties B, C en D''' worden daarna op dezelfde wijze gerestaureerd, maar dan wel '''steeds buiten het stormseizoen om''' als het gemaal buiten werking is.
Traditioneel is de machinehal '''het schone en blinkende dee'''l van het stoombedrijf. De machinekamer was altijd de '''pronkkamer''' van de machinist, zo ook hier.
<br>Gewoonlijk kan men in een machinekamer '''fraaie glimmende tegelvloeren''' vinden, gegroepeerd '''rondom de stalen traanplaten die de machines en andere installaties omringen'''.
<br>'''Trappen en looproutes''' zijn '''vaak voorzien van vloerbedekking''': rode lopers, meestal uitegvoerd  in traditionele kokosmatten.
<br>Ook '''in de machinehal van het Woudagemaal''' vinden we deze elementen terug: '''tegelvloeren, traanplaten en kokos-lopers'''.


'''In het verleden''' is er nauwelijks op deze schaal onderhoud verricht aan de bouwdelen onder de waterlijn.
De machinehal van het Woudagemaal is nog wel helemaal gelijk ingericht als bij de in-bedrijfname van 1920.
<br>Bij de '''entree van de machinehal''' valt het oog al snel op '''het fraaie ijzeren smeedwerk''' van de trapleuningen bij de trappen die naar het machineplatform en de kelder leiden. De '''centrale kolom''' tussen de beide trappen is '''afgewerkt met een prachtig koperen ornament'''. Het geheel roept herinneringen op aan '''de Jugendstil'''.


'''In 2011''' is het geheel boven de waterlijn gerestaureerd: '''gevels, metsel- en voegwerk en schilderwerk'''.  
In de machinehal zelf valt vooral de fraaie lambrisering op, bestaande uit een '''tegelwand van geglazuurde tegels''' met koperen kleurschakeringen en afgezet met een fraaie blauwe horizontale tegelrand.


In de jaren negentig van de 20e eeuw is er twee keer '''groot onderhoud''' verricht aan de '''schoorsteen'''. In 1993 heeft men gewerkt aan de '''binnenzijde''' '''van de schoorsteen: schoonmaken en het herstel van vervallen metsel- en voegwerk''' voor een totaalbedrag van f 303.192,-.
In het interieur van de machinehal valt ons vervolgens de strenge symmetrie op: de '''vier tandem-compound stoommachines''' staan keurig overdwars opgesteld in de hal, gelijkelijk verdeeld over de lengte-as van de hal.
<br>Iedere stoommachine drijft '''twee centrifugaalpompen''' aan die '''aan weerszijden aan de krukas van de machine''' zijn '''gekoppeld'''.
<br>Achter iedere machine bevindt zich een '''dubbele eikenhouten deur''' aan de boezemzijde: hier kunnen de grote machineonderdelen, als drijfstangen met zuigers en krukstangen, naar binnen en buiten worden gebracht.
<br>Tussen ieder paar machines bevindt zich '''een open kelder met ballustrade, waarin de diverse hulpapparatuur is ondergebracht'''. Zo beschikken steeds twee machines over één dergelijke kelder, in totaal zijn er dus twee van zulke kelders.
<br>'''In het midden''' van de machinehal bevinden zich '''aan de boezemzijde twee fraaie kantoorruimten''': van behoorlijke afmetingen en uitgevoerd in robuust eikenhouten kozijnconstructies en voorzien van fraaie deuren. Zelfs het dunne ouderwetse glaswerk '''ademt nog de sfeer van 1920'''.
<br>Slechts de noodzakelijke telemetrie, waarvan men tegenwoordig in de kantoren gebruik moet maken in de vorm van computeropstellingen, verstoort de sfeer enigszins. Deze moderne hulpmiddelen passen echter wel weer bij '''de functionele sfeer die het gehele gebouw uitademt'''.


Daarna volgde het onderhoud aan de '''buitenzijde van de schoorsteen''': schoonmaken, voegwerk, ontroesten van het ijzerwerk: de klimbeugels en de bliksemafleider. Totale kosten van deze werkzaamheden: f 317.853,-
<br>tegenover de kantoren bevindt zich de fraaie dubbele deuropening, die '''toegang geeft naar de ballustrade aan boezemzijde'''. Hier bevindt zich ook '''een afsluitbare hal'''.

Versie van 3 jan 2012 23:00

Bij het ontwerp van het gebouw voor het stoomgemaal bij Tacozijl (Teakesyl), westelijk gelegen van De Lemmer, is men in 1920 uitgegaan van de destijds actuele bouwstijl van de Amsterdamse School. Geheel passend bij deze stijl zijn het zakelijke uiterlijk, de symmetrische gevelindeling en de fraaie ornamenten in de vorm van zandstenen gebeeldhouwde gevelelementen van het Woudagemaal.

Ook aan het interieur van het gebouw is bijzonder veel zorg besteed. Opvallend is de het open karakter van de dakconstructies van zowel het ketelhuis, als ook die van de machinekamer, waardoor het hele interieur een zeer ruimtelijk karakter heeft gekregen.
Dit ruimtelijk karakter is er ook de oorzaak van dat er vaak een vergelijking wordt gemaakt met de bouw van een kathedraal. (kathedraal van stoom)

[[Bestand:

Het interieur van het gebouw kenmerkt zich door een aantal bijzondere details:
Via forse eikenhouten deuren komt men op veel verschillende plaatsen het gebouw binnen:
Het ketelhuis kan worden betreden door rustieke dubbele deuren in de gevel van de korte zijden, waarbij opgemerkt moet worden dat het ketelhuis dwars geplaatst is ten opzichte van de machinehal.
Zowel het ketelhuis als de machinehal zijn aan de buitenzijde opgetrokken van fraaie rustieke bakstenen.

Geheel in de algemene historische stijl behorend bij de stoombedrijven is het ketelhuis somber uitgevoerd. Hier wordt de brandstof naar binnen gereden, de deur van het ketelhuis wordt veelvuldig geopend en gesloten, er wordt gewerkt met gruis-achtige brandstoffen als steenkool en eventueel ook bruinkool en turf.
De combinatie van de stookinrichting met de bijbehorende brandstof zorgt voor een stoffige, smerige atmosfeer, zodat zich in het ketelhuis al snel overal stof afzet.
De vloer van het ketelhuis is uitgevoerd in stalen vloertegels, zodat het storten en opscheppen van de steenkool gemakkelijk kan plaatsvinden en de slijtage aan de vloer gering blijft.

Het ketelhuis beschikt over een behoorlijke hoogte. Dat is het gevolg van de keuze van het aanvankelijke ketelsysteem: de zes Piedboeufketels. (het was een ketelsysteem in twee etages en daarvoor was de nodige hoogte een vereiste)
De inrichting van het ketelhuis van 1920 is thans dus niet geheel origineel meer. Het ketelhuis is in 1955 namelijk verbouwd vanwege een noodzakelijk nieuwe installatie van een vervangend ketelsysteem: de vier Schotse ketels zoals die tegenwoordig gebruikt worden.
Daarom lijkt het ketelhuis nu eigenlijk veel te hoog voor de huidige installatie.

Traditioneel is de machinehal het schone en blinkende deel van het stoombedrijf. De machinekamer was altijd de pronkkamer van de machinist, zo ook hier.
Gewoonlijk kan men in een machinekamer fraaie glimmende tegelvloeren vinden, gegroepeerd rondom de stalen traanplaten die de machines en andere installaties omringen.
Trappen en looproutes zijn vaak voorzien van vloerbedekking: rode lopers, meestal uitegvoerd in traditionele kokosmatten.
Ook in de machinehal van het Woudagemaal vinden we deze elementen terug: tegelvloeren, traanplaten en kokos-lopers.

De machinehal van het Woudagemaal is nog wel helemaal gelijk ingericht als bij de in-bedrijfname van 1920.
Bij de entree van de machinehal valt het oog al snel op het fraaie ijzeren smeedwerk van de trapleuningen bij de trappen die naar het machineplatform en de kelder leiden. De centrale kolom tussen de beide trappen is afgewerkt met een prachtig koperen ornament. Het geheel roept herinneringen op aan de Jugendstil.

In de machinehal zelf valt vooral de fraaie lambrisering op, bestaande uit een tegelwand van geglazuurde tegels met koperen kleurschakeringen en afgezet met een fraaie blauwe horizontale tegelrand.

In het interieur van de machinehal valt ons vervolgens de strenge symmetrie op: de vier tandem-compound stoommachines staan keurig overdwars opgesteld in de hal, gelijkelijk verdeeld over de lengte-as van de hal.
Iedere stoommachine drijft twee centrifugaalpompen aan die aan weerszijden aan de krukas van de machine zijn gekoppeld.
Achter iedere machine bevindt zich een dubbele eikenhouten deur aan de boezemzijde: hier kunnen de grote machineonderdelen, als drijfstangen met zuigers en krukstangen, naar binnen en buiten worden gebracht.
Tussen ieder paar machines bevindt zich een open kelder met ballustrade, waarin de diverse hulpapparatuur is ondergebracht. Zo beschikken steeds twee machines over één dergelijke kelder, in totaal zijn er dus twee van zulke kelders.
In het midden van de machinehal bevinden zich aan de boezemzijde twee fraaie kantoorruimten: van behoorlijke afmetingen en uitgevoerd in robuust eikenhouten kozijnconstructies en voorzien van fraaie deuren. Zelfs het dunne ouderwetse glaswerk ademt nog de sfeer van 1920.
Slechts de noodzakelijke telemetrie, waarvan men tegenwoordig in de kantoren gebruik moet maken in de vorm van computeropstellingen, verstoort de sfeer enigszins. Deze moderne hulpmiddelen passen echter wel weer bij de functionele sfeer die het gehele gebouw uitademt.


tegenover de kantoren bevindt zich de fraaie dubbele deuropening, die toegang geeft naar de ballustrade aan boezemzijde. Hier bevindt zich ook een afsluitbare hal.