Veiligheidskleppen: verschil tussen versies

990 bytes toegevoegd ,  30 mrt 2014
geen bewerkingssamenvatting
imported>Jan Pieter Rottine
Geen bewerkingssamenvatting
imported>Jan Pieter Rottine
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 25: Regel 25:
fig 266 Scholl
fig 266 Scholl


Een andere doelmatige oplossing zien we in fig. 266. Hier is sprake van een directe belasting met schijfgewichten rondom het toestel aangebracht. Ook bij dit toestel geldt de algemene regel, dat hoe lager de gewichten zijn aangebracht t.o.v. van de veiligheidsklep, hoe stabieler de klep werkt en afdicht.
Een andere doelmatige oplossing zien we in fig. 266. Hier is sprake van een directe belasting met schijfgewichten rondom het toestel aangebracht. Ook bij dit toestel geldt de algemene regel, dat hoe lager de gewichten zijn aangebracht t.o.v. van de veiligheidsklep, hoe stabieler de klep werkt en afdicht. Er is hier een stabiel evenwicht gecrëerd.
<br>In de klep bevinden zich vier driehoekige openingen, die naar boven spits toelopen (top van de driehiek). De klep-openingsdriehoeken bieden aan de stoom een des te grotere doorgang, naarmate de klep hoger gelicht wordt en de doorsnede van de driehoek ( tot aan de basis) groter wordt.
Bovenaan is de klep bij de zitting van een kegelvormige rand voorzien, waarmee hij op de zitting past, zonder dat hij daar stoomdicht hoeft af te sluiten. Als de voorgeschreven spanning overschreden wordt, dan wordt de klep opgetild, zo ver, totdat de doorstromingsopeningen, die door de vier driehoekige uitsnijdingen gevormd worden, goot genoeg zijn geworden, om zoveel stoom te laten ontsnappen, dat de druk van de stoom en het belastinggewicht in evenwicht zijn. Hoe hoger de druk in de ketel, hoe hoger de klep gelicht wordt en des te sneller er stoom uitgelaten wordt.
 
Dit evenwicht is heel belangrijk. Het mag namelijk niet gebeuren dat er
 
 
 
 
 
 




Anonieme gebruiker