Bodemdaling en Friese stoomgemalen: verschil tussen pagina's

Uit Wouda's Wiki
(Verschil tussen pagina's)
imported>Cierick Goos
k (Categorie toegevoegd)
 
imported>Cierick Goos
kGeen bewerkingssamenvatting
 
Regel 1: Regel 1:
'''Bodemdaling'''
Stoomgemalen in Friesland.
(gegevens uit het archief van Wetterskip Fryslân, foto's: Tresoar)


'''Nederland daalt''', weliswaar '''heel langzaam''', maar toch is dat '''een onomkeerbaar proces'''. De daling van de bodem is een '''natuurlijk geologisch''' proces. Hoewel deze '''bodemdalingsfactor mogelijk gering''' is, kunnen we toch zeggen dat het '''landoppervlak nergens een stabiele hoogteligging''' heeft.
=='''1853'''==
<br>Er lijkt bovendien '''een tweede proces''' aan de gang te zijn: '''Nederland lijkt''' iets '''te kantelen''': in het '''oosten iets omhoog''' en in het '''westen iets dieper'''.


In de '''17e eeuw''' kreeg '''Amsterdam overlast van het water van de toenmalige Zuiderzee'''. om inzicht te krijgen in wat er nu eigenlijk aan de hand was, liet liet burgemeester Hudde '''[[dijkpeilstenen]]''' of '''[[huddestenen]]''' langs het '''[[IJ]]''' inmetselen in een aantal bruggen en sluizen.
In de gemeente Hemelumer Oldephaert en Noordwolde wordt in 1853 een meer, de Flait, drooggemalen in opdracht van Jonkheer J.H.F.K. Gerlacius van Swinderen.
<br>Vanaf de '''horizontale kerf in de steen''' werd vanaf dat moment de '''waterhoogte van het [[IJ]]''' gemeten, een '''aantal malen per dag'''. Zo werd de basis gelegd voor wat later het '''[[Normaal Amsterdams Peil]]''' zou worden.
Hij gebruikt hiervoor het eerste stoomgemaal in Friesland.
Het gebied valt later onder Waterschap Ymedam (1923-1972).
Het stoomgemaal wordt in 1925 afgebroken en vervangen door een elektrisch gemaal.


<br>[[Bestand:Huddesteen_eenhoornsluis_k.jpg|400×433px|link=]]
[[Bestand:Ymedaam_stoomgemaal_1920-1940.jpg |400x223px|link=]]
'''Dijkpeilsteen of Huddesteen ingemetseld in de muur van een sluiskolk'''
   
   
De bodemdaling werd ook beïnvloed vanaf het moment dat de mens activiteiten in de bodem en aan het bodemoppervlak ging ontwikkelen.


'''In de Middeleeuwen''' '''en later''' was dat vooral de '''vervening''' van woeste gronden.
=='''1858 het 4de en 5de Veendistrict'''==


'''In Zeeland en delen van Holland''' diepte men lagergelegen '''veengrond''' op om door middel van '''verbranding''' van het veen daaruit '''het ingesloten zout te winnen''' '''([[selbarnen]])'''. Grote gebieden aan '''laaggelegen veengronden''' verdwenen daardoor '''onder het waterpeil''' en de '''watervlakten''' die ontstonden '''breidden zich door stormen en de bijbehorende afslag snel uit'''.
In de Polder van het 4de en 5de Veendistrict wordt al vroeg gebruik gemaakt van stoombemaling.
Het stoomgemaal staat onder Tjalleberd en wordt weer afgeschaft in 1868.


Het '''winnen van veen om er turf van te maken''' is mogelijk nog '''veel ouder'''. In ieder geval wordt er reeds '''vanaf de Middeleeuwen op systematische wijze turf gewonnen''', een grootschalig proces dat '''pas in de 20e eeuw''' wordt '''beëindigd'''.
<br>Adelijke families en regentenfamilies investeerden grote kapitalen van hun vermogen door het aankopen van woeste veengronden om die vervolgens te laten vervenen tot turf, waarna de overgebleven gebieden aan het water prijs werden gegeven of werden ontgonnen tot laaggelegen landbouwgronden.


Aanvankelijk werden '''eerst de gemakkelijk te winnen hooggelegen (boven het waterpeil uitstekend) venen afgegraven''': deze bevonden zich in de '''komvormige vochtige kuilen op de hoge zandgronden''' en '''ook bovenop de veengronden die dieper (onder het waterpeil gelegen) zaten''' in de meer '''laaggelegen delen van Friesland, Groningen, Drente, Overijssel, Gelderland, Utrecht, Holland''' en Zeeland.
=='''1861 waterschap Veenpolder'''==


Nadat de hogergelegen veenlagen waren afgegraven, kwamen de diepergelegen veengronden op het waterpeil te voorschijn.  
Het waterschap Veenpolder van Echten bouwt een stoomgemaal aan het Tjeukemeer. Besloten wordt het gemaal eerst aan de droogmaking van het gebied te zetten.
<br>In deze '''lage gebieden beneden de zeespiegel''' werd de '''veenspecie opgegraven of opgebaggerd''' om op de tussenliggende stroken land te worden '''uitgespreid en gedroogd'''. Als deze specie voldoende droog was geworden, werd ze '''tot kleine turven gesneden''': de zogenaamde '''baggelaars'''.
Als dat een feit is, zal het stoomgemaal later aangepast worden.
Met het oog hierop wordt er alvast een tweede stoomketel aangeschaft. Met de bouw van het gemaal wordt in 1859 begonnen en in 1861 in gebruik genomen. Als adviseur bij de bouw is opgetreden civiel ingenieur jhr. W.J. Backer te Amsterdam.
Het "stoomvijzelwerktuig" wordt geleverd door Harmens en Penning te Harlingen.
In 1866 vervangt men de stoomketels, die slecht voldoen, door één nieuwe ketel.
In 1877 wordt het stoomgemaal voorzien van een geheel nieuwe machine en een "dieptastende" vijzel. Het stoomgemaal dient samen met drie molens voor de bemaling van de "ondergronden".
Omstreeks 1900 heeft het gemaal te "weinig vermogen".
Omstreeks 1913-1915 wordt het oude gemaal ontmanteld en afgebroken.
 


<br>[[Bestand:Baggelaar_k.jpg|400×300px|link=]]
=='''1870 De Haskerveenpolder'''==
'''Baggelaar'''


<br>In de '''hoogveengebieden op de zandgronden''' wordt de droge, '''boven de zeespiegel gelegen veengrond''' '''gesneden en gewonnen in de vorm van de grote hoogveenturven'''.
In opdracht van De Haskerveenpolder wordt in 1870 een stoomgemaal gebouwd voor de droogmaking van 450 ha veenplassen onder Oudehaske.
Het stoomgemaal wordt geplaatst midden in de droogmaking.
In 1876 zijn de gronden droog.


<br>[[Bestand:Hoogveenturf_steken_k.jpg|400×314px|link=]]
[[Bestand:Img032b_k.jpg|600×418px|link=]]
'''Hoogveenturf'''


De '''grote gebieden''', waaruit de turf was gewonnen, werden '''als watervlakten achtergelaten''', of ze werden '''ontgonnen tot cultuurland''', meestal voor het veeteeltbedrijf.
<br>Uiteraard lagen deze gebieden na het wegnemen van het veen '''beduidend lager dan oorspronkelijk'''. '''[[Bemaling]]''' van dit cultuurland deed zijn intrede. 
<br>Er verdween een laag van '''soms meerdere meters'''. Dat kon '''tot gevolg''' hebben dat het '''water vrij spel''' kreeg en de zwakke delen van zo'n veengebied '''onder water''' kwamen te staan. Wat eerst een klein water was kon '''uitgroeien tot een enorm meer'''.


<br>[[Bestand:Fochtloerveen_k.jpg|400×218px|link=]]
In 1908 wordt dit gemaal vervangen door een nieuw stoomgemaal.
'''Het Fochteloërveen is een hoogveengebied'''
(Foto via: Jan Kluwer (achterkleinzoon van Albert Kornelis de Groot)


<br>Op deze manier is de '''[[Haarlemmermeer]]''' ontstaan. Een eenvoudige uitvening: een plas niet opgevuld met grond, water en stormen deden de rest. '''In de driehoek Amsterdam, Haarlem en Leiden werd het meer een gevaarlijke plas water''', die meer dan eens zorgde voor overlast. Uiteindelijk maakte de bemaling met '''[[stoommachine|stoommachines]]''' het mogelijk de '''[[Haarlemmermeer]]''' te beteugelen door het droog te malen.


<br>[[Bestand:Haarlemmermeer-Jan_van_Goyen_k.jpg|400×276px|link=]]
=='''1876 het 6de en 7de Veendistrict'''==
'''De Haarlemmermeer voor de drooglegging'''


'''Zolang de bodem''' in de lage gebieden '''voldoende is doordrongen van grondwater''', werkt de '''veenlaag als een soort spons'''. Deze bodemlaag heeft in '''vele eeuwen voldoende steun gegeven aan de oppervlakte''': op de veenbodem waren voor de bewoners voldoende positieve omstandigheden aanwezig om zich hier blijvend te vestigen.
De Veenpolder van het 6de en 7de Veendistrict bouwt een stoomgemaal aan de buitenringvaart ter bemaling van de bestaande droogmakingen en de nog droog te leggen gebieden.
De stoommachine drijft een vijzel aan.
Omstreeks 1886 wordt het "Tripgemaal" vergroot en er wordt een stoommachine met centrifugaalpomp aan het stoomgemaal toegevoegd.
[[Bestand:Centrifug_Tripgemaal_1912a.jpg|200x150px|link=]]


Door''' intensitieve bewoning''' en het '''toenemen van de cultuurdruk''' ontstaat er behoefte aan '''meer en voldoende gebieden waar het droog en stevig genoeg is''', om er nieuwe nederzettingen en bestaansactiviteiten te kunnen ontwikkelen.
<br>Daarom worden er '''steeds meer pogingen ondernomen om de algemene waterstand te gaan beheersen''', ook gaat men steeds sterker '''bemalen: diepontwatering''' is lange tijd in de mode geweest. 


Op het moment dat de grond te nat is en het bodemwater te hoog staat, kan er met behulp van '''mechanische bemaling''' worden ingegrepen. De '''grondwaterstand wordt aangepast''' aan het doel waarvoor het land nodig is: veeteelt of akkerbouw of om woningen op te bouwen.
In 1905 wordt de oude stoommachine met vijzel vervangen door een centrifugaalpomp aangedreven door een [[zuiggasmachine]].
<br>Leeghwater deed in de 15e eeuw de uitvinding van zijn leven: hij verbeterde de beheersing van het waterpeil door beter gebruik te maken van '''windenergie''' en bouwde een '''[[poldermolen]]'''.
In 1921 wordt de overgebleven stoommachine met stoomketel vervangen door een Bronsmotor, de oude centrifugaalpomp wordt vervangen door een schroefpomp.
In de periode 1953-1954 wordt nog een dieselmotor met schroefpomp geplaatst.


<br>[[Bestand:Poldermolen_k.jpg|400×300px|link=]]
'''Poldermolen'''


Maar '''vanaf het moment dat er bemaling op gang kwam''', '''klinkt de grond door de onttrekking van water steeds wat verder in''' en daardoor daalt de bodem in een voortdurend proces. Het gaat daarbij misschien om millimeters, maar over een lange periode vanaf 1500 is de oppervlakte '''in het westen van Nederland al een fors eind gedaald'''.
=='''1878 particuliere droogmakerij van de "Makkumer-, Parregaster- en Workumermeren"'''==
<br>Ook in het Lage Midden van Fryslân is dit dynamisch proces duidelijk merkbaar en het '''werkt ook heden ten dage nog steeds door'''.


'''Moderne menselijke activiteiten''' zijn ook van grote invloed op de bodemdaling.
In de [[particuliere droogmakerij]] van de "Makkumer-, Parregaster- en Workumermeren", door de N.V. Friesche Landaanwinning-maatschappij, wordt in 1878 een stoomgemaal gebouwd.
<br> De '''gaswinning in Groningen en Fryslân''' en de '''winning van olie in zuidoost Drenthe en in Zuid-Holland''' zijn ook oorzaken van bodemdaling. In Groningen zit de kern van het grote '''gasveld onder en nabij Slochteren'''. Vergelijk dit gebied met een soepbord: aan de randen hoog en het middendeel diep. Ook op andere locaties in Groningen en Fryslân bevinden zich tal van gasvelden.  
Als er in 1882 daarop een faillissement volgt, wordt het gemaal gekocht door mr. F. A. van Hall.
In 1912 verkocht hij o.a. het stoomgemaal aan het waterschap.
Volgens een taxatie van machinefabriek Hubert uit Sneek wordt de machine in 1920 er niet beter op. Wel is hij zeer goed onderhouden.
Het betreft een compound stoommachine van zeer oud model met Meyerse expansie. De machine werkte bij 75 omw./min en 9 Atm. druk en leverde dan 80-85 I.P.K.
Ook de stoomketel met twee vuurgangen (waarschijnlijk een Lancashire-ketel) is aan vervanging toe.


<br>[[Bestand:Natural_gas_NL_k.jpg|400×375px|link=]]
De stoommachine werd vervangen door een elektrische installatie met nieuwe pompen.
'''Aardgas'''
[[Bestand:Stoomgemaal_Breewar.jpg‎|250x333px|link=]]


Als '''gevolg van de aardgaswinning daalt de bodem''' met tientallen centimeters: soms wel 40 cm. Als de '''gasdruk uit de diepere aardlagen van deze gebieden vermindert, ontstaan er zelfs geologische verschijnselen''': sinds de winning van het aardgas hebben zich al '''verscheidene grotere en kleinere aardbevingen''' in deze gebieden voorgedaan.


<br>[[Bestand:Stadtroda_Sandstein_k.jpg|200×150px|link=]]
De machinist op de foto is de heer Schaap
'''Zandsteenlagen waarbinnen in de bodem aardgas is ingesloten'''
[[Bestand:Stoomgemaal_Breewar_2.jpg‎‎|250x352px|link=]]  


Het kost steeds meer moeite om het oppervlaktewater uit gebieden met bodemdaling weg te krijgen. Om en in de gasvelden staan dan ook veel '''nieuwe gemalen''', die dat water uit de winningsgebieden moeten pompen.


Wat geldt voor een groot gasveld als Slochteren in Groningen, of de kleinere gasvelden, geldt in feite '''ook voor iedere grote of kleine polder'''. De '''meeste polders liggen dieper dan het buitenwater''' en '''dalen door de constante bemaling nog steeds'''. Dat proces van dalen en inklinken '''gaat heel geleidelijk'''. Om het te illustreren: het stoomgemaal de Cruquius maalde vanaf 1849 het water 5 meter omhoog, het nieuwe gemaal Koning Willem maalt het water sinds 2005 5,5 meter omhoog.
=='''1880 De Lemsterpolders'''==
In het Lage Midden van Fryslân is de bodem in de laatste decennia tientallen centimeters gedaald.


De '''discussie over hogere en zwaardere dijken''' houdt '''met bodemdaling verband''' en is daarom al net zo oud als de eerste bodemdaling. '''Niet alleen de zeedijken''' dienen voldoende op hoogte te zijn, '''ook de rivierdijken''' zullen periodiek op hun hoogte gecontroleerd moeten worden.
In 1880 wordt er een stoomgemaal gebouwd voor waterschap "De Lemsterpolders te Eesterga aan de Lemster Rijn (Lemster Rien). Er is sprake van een stoomvijzelwerktuig.
<br>Immers: naast bovengenoemde oorzaken van bodemdaling is er '''ook sprake van stijging van de zeespiegel!''' Ook hier ligt '''het menselijk handen voor een deel via klimaatfactoren en klimaatverandering ten grondslag aan''' de zeespiegelstijging.
In 1898 wordt er gesproken over de bouw van een stoomgemaal. De stoommachine drijft een vijzel aan. De installatie wordt geplaatst door de firma D.H. Landeweer te Martenshoek.
<br>Het gaat hierbij dus om '''een optelsom''': door de genoemde '''klimaatverandering''' zal er naar verwachting ook veel '''meer regenwater via de rivieren afgevoerd''' gaan worden, de waterstanden op de rivieren: Maas, Rijn en Waal kunnen in de toekomst aanzienlijke fluctueren. '''Bij grote hoeveelheden zullen de rivieren buiten hun oevers kunnen treden''' als er geen, omvangrijke, maatregelen worden getroffen.
In 1904 wordt een nieuwe stoomketel geplaatst.
In 1970 wordt het stoomgemaal met erf en schuur te Eesterga verkocht aan K. van den Berg te Lemmer.


<br>[[Bestand:Oosterschelde-stormvloedkering_k.jpg|400×284px|link=]]
'''Stormvloedkering Oosterschelde'''


'''De zeespiegelstijging, bodemdaling en toenemende wateroverlast door neerslag''' vormen voor de toekomst '''totaalproblemen, waarvoor wij in Nederland nieuwe oplossingen zullen moeten vinden'''.
=='''1881 Dijksmangemaal'''==
<br>Soms kunnen voorlopig '''[[retentiegebieden]]''' nog de oplossing zijn, soms moet er '''een nieuw gemaal''' worden gebouwd, of moet de capaciteit een gemaal worden uitgebreid. In de toekomst zullen we ons ook moeten bezighouden '''met nieuwe waterstaatswerken en methoden van dijkbouw'''.
 
Het tweede stoomgemaal van de Polder van het 4de en 5de Veendistrict is waarschijnlijk het Dijksmangemaal aan het stroomkanaal. Het gemaal is uitgerust met een centrifugaalpomp.
In 1912 wordt er in het stoomgemaal een nieuwe centrifugaalpomp bijgeplaatst.
In 1916 wordt een tweede centrifugaalpomp geplaatst ter vervanging van de oude. 
Het Dijksmangemaal wordt in 1950-1954 omgebouwd tot een dieselgemaal.
[[Bestand:Dijksmangemaal_1912a.jpg|400x252px|link=]]
 
 
=='''1892 De Arumerpolder'''==
 
Het waterschap De Arumerpolder bouwt een stoomgemaal aan de Franekervaart bij Arum.
In 1925 wordt overgegaan op aandrijving door middel van elektriciteit.
 
 
=='''1893 Het waterschap De Arumer-, Achlumer- en Kimswerderpolders'''==
 
Het waterschap De Arumer-, Achlumer- en Kimswerderpolders bouwt een stoomgemaal met machinistenwoning aan de Franekervaart.
In 1931 wordt overgeschakeld op de aandrijving door een oliemotor.
Deze doet dienst tot 1954, waarna wordt overgeschakeld op elektriciteit.
De beide stoomgemalen aan de Franervaart staan tegenoverelkaar!
 
=='''1893 De Veenhoop'''==
 
Het waterschap Groote Veenpolder in Opsterland en Smallingerland laat een stoomgemaal De Veenhoop bouwen aan het Grietmansrak.
Het gemaal werd in 1925 vervangen door het elektrisch gemaal "Zuidergemaal" aan het Polderhoofdkanaal.
De stoommachine wordt in 1924 verkocht.
[[Bestand:Schoorsteen_voorm_gemaal_De_Veenhoopa.jpg|400x283px|link=]]
 
 
=='''ca 1894 particuliere polder Oud-Beets'''==
 
Omstreeks 1894 wordt er in de particuliere polder Oud-Beets een stoomgemaal met machinistenwoning gebouwd op de Walle bij de Huisjesvaart.
In 1920 blijkt het aanhouden van een eigen stoomgemaal te kostbaar.
 
=='''1895 De Trijegaasterveenpolder'''==
 
Voor de bemaling van de veenpolder De Trijegaasterveenpolder wordt in 1895 een gemaal gesticht bij het zuidelijke einde van de weg Ouwsterhaule-Oldeouwer op de polderdijk aan het hoofdkanaal.
Het gemaal wordt uitgerust met een vijzel, gedreven door een stoommachine.
Dit gemaal is waarschijnlijk in gebruik tot 1926.
In 1914 bestaan er plannen om een nieuw stoomgemaal te bouwen bij de schutsluis, maar van dit plan wordt in 1925 weer afgestapt.
 
 
=='''1901 Ter Idzardt'''==
 
Waterschap Veenpolder onder Ter Idzardt en Oldeholtwolde realiseert in 1901 een stoomgemaal ter verbetering van de afwatering.
In 1941 wordt het gemaal geëlektrificeerd ter vergroting van het vermogen.
 
[[Bestand:Stoomgemaal_Ter_Idzard_werkend_a.jpg|400x300px|link=]]
 
 
=='''1905 waterschap De Zuidpolder'''==
 
In 1905 wordt door het waterschap De Zuidpolder bij Franeker een stoomgemaal gebouwd aan de Tzummervaart.
Het doel van de bouw is de bescherming van het gebied tegen het provinciale boezemwater. Het gemaal is uitgerust met een horizontaal draaiende centrifugaalpomp.
De technische installatie van dit gemaal wordt [[beschreven in "De Ingenieur"]]
In 1947 wordt overgeschakeld op elektrische aandrijving.
[[Bestand:Tzum_foto_03a.jpg|400x341px|link=]]
[[Bestand:Tzum_foto_01.jpg|400x333px|link=]]
 
 
=='''1908 de Haskerveenpolder'''==
 
Dit stoomgemaal van de Haskerveenpolder vervangt het stoomgemaal van 1870.
Waarschijnlijk is dit gemaal meer oostelijk aan de Welle geplaatst. (topografische kaart, 1929)
Met de aanleg van het stoomgemaal te Stobbegat (1917) komt dit gemaal weer te vervallen.
 
=='''1913 Waterschap de Veenpolder van Echten'''==
 
Waterschap de Veenpolder van Echten bouwt een nieuw stoomgemaal aan het Tjeukemeer op de plaats van het oude stoomgemaal van 1861.
De bemalingsinstallatie, waaronder de toentertijd grootste centrifugaalpomp van Friesland, wordt geleverd door de Gebr. Stork & Co. te Hengelo.
In 1925 wordt het gemaal geëlektrificeerd.
 
[[Bestand:Stoomgemaal_bij_Echten_a.jpg|400x308px|link=]]
[[Bestand:Stoomgemaal_bij_Echten_b.jpg|500x253px|link=]]
[[Bestand:Stoomgemaal_bij_Echten_c.jpg|500x299px|link=]]
 
 
=='''1913 waterschap Ludinga'''==
 
Aan de Achlumervaart wordt een stoomgemaal gebouwd in opdracht van het waterschap Ludinga.
In 1940 nemen twee elektromotoren de taak van de stoommachine over.
 
 
=='''1913 waterschap De Leppedijk'''==
 
Voor het pas opgerichte waterschap De Leppedijk wordt een stoomgemaal gebouwd in het Nauwe Deel tussen Grou en Nes (bij Akkrum).
Het gemaal is voorzien van een Stork-Stumpf gelijkstroommachine, de schroefpomp heeft een opbrengst van 100 m3 water per minuut bij 190 omwentelingen en een opvoerhoogte van 1,60 m.
Vanwege de doorsnijding van het gebied door het Prinses Margrietkanaal wordt het gemaal omstreeks 1945 nutteloos. Aan weerszijden van het P.M.-kanaal worden dan elektrische gemalen gebouwd.
Naar verluid is de schroefpomp bij de aanleg van de rijksweg A7 Leeuwarden-Heerenveen in de bodem weggezakt.
 
[[Bestand:Stoomgemaal_Leppedyk_a.jpg|400x308px|link=]]
[[Bestand:Stoomgemaal_Leppedykc.jpg|700x321px|link=]]
[[Bestand:Schroefpomp_Leppedyk.jpg|500x410px|link=]]
 
 
=='''1915 waterschap Hommerts-Sneek'''==
 
Ter hoogte van de straatweg te Jutrijp wordt voor het waterschap Hommerts-Sneek een stoomgemaal gebouwd.
Dit stoomgemaal heeft ruim een dag nodig om voldoende druk op de ketels te hebben om te kunnen malen. Het gemaal bezit bovendien ook te weinig capaciteit, want in 1941 wordt er nog een elektrisch gemaal gebouwd aan de Kerksloot bij Hommerts.
Het stoomgemaal wordt omstreeks 1960 vervangen door een elektrisch gemaal.
[[Bestand:Stoommachnie_Hommerts_b.png‎|332x244px|link=]]
 
=='''1917 stoomgemaal te Stobbegat'''==
 
Het stoomgemaal te Stobbegat wordt gebouwd in verband met de vergroting van de Haskerveenpolder door toevoeging van de Haskerhornerpolder.
Het stoomgemaal heeft de beschikking over twee [[centrifugaalpomp|centrifugaalpompen]]: één voor de polderboezem en één voor bemaling van de droogmakeijen in kavel II en VI.
Het stoomgemaal aan de Welle (van 1908) vervalt.
In 1957 komt er een nieuw gemaal te Stobbegat.
Het oude stoomgemaal wordt verbouwd tot opslagplaats.
 
 
=='''1918 De Boorne'''==
 
In opdracht van waterschap Groote Veenpolder in Opsterland en Smallingerland komt een stoomgemaal De Boorne gereed, gebouwd op het punt waar de westelijke polderdijk het oude Koningsdiep afdamde, voor de bemaling van de kavels van droogmakerijen van de Zuidoost-, de Zuidwest- en de Westpolder.
 
[[Bestand:Gemaal_de_boorn_k.jpg|600×387px|link=]]
 
 
Het gemaal dient ook als helper en reserve van het gemaal "De Veenhoop".
De stoommachine wordt in 1924 verkocht.
In 1925 worden de beide stoomgemalen "De Veenhoop" en "De Boorne" vervangen door een elektrisch aangedreven gemaal "Zuidergemaal" aan de zuidelijke polderdijk bij het Polderhoofdkanaal.
 
=='''1920 boezemgemaal bij Teakesyl (Tacozijl)'''==
 
Bouw van een boezemgemaal bij Teakesyl (Tacozijl) te Lemmer door het Provinciaal Bestuur van Friesland.
In 1947 krijgt het stoomgemaal de naam Ir D.F. Woudagemaal.
In 1955 worden de zes Piedboeufketels vervangen door 4 Schotse ketels van Werkspoor.
In 1967 schakelt het gemaal over op oliestook.
Het gemaal is thans eigendom van Wetterskip Fryslân en staat sinds 1998 op Werelderfgoedlijst van de Unesco.
In 2011 wordt er in de nabijheid een nieuw bezoekerscentrum gebouwd.
 
[[Bestand:Woudagemaal_a.jpg|600x400px|link=]]
 
 
=='''1922 de veenpolder De Deelen'''==
 
Het is mogelijk dat het in 1922 voor de veenpolder De Deelen gebouwde gemaal bij Haskerdijken (Heabrêge)  eerst een stoomgemaal is geweest.
Op de topografische kaart van 1929 staat op deze locatie vermeld: "Stoomgemaal De Deelen".
 
 
=='''1941'''==
 
In het archief van waterschap Groote Veenpolder in Opsterland en Smallingerland zijn technische tekeningen opgenomen betreffende de ombouw van het Noordergemaal tot een stoomgemaal (vanwege de olieschaarste). het is onbekend of dit plan is uitgevoerd.
 
==''' ?? stoomgemaal bij Easterwierrum'''==
Wij houden ons aanbevolen voor gegevens betreffende het stoomgemaal bij Easterwierrum (Oosterwierum) zoal: bouwjaar, periode waarin het stoomgemaal werkzaam was, ombouw of ontmanteling, enz.
[[Bestand:1914_Easterwierrum_Logement_en_stoomgemaal.jpg|480×311px|link=]]
 
 
(de redactie houdt zich aanbevolen voor foto's van de diverse gemalen: mail s.v.p. naar wiki@woudagemaal.nl)


<br>
<br>
[[Category:Waterbeheer]]
[[Category:Waterbeheer Friese polders]]

Versie van 23 sep 2021 17:19

Stoomgemalen in Friesland. (gegevens uit het archief van Wetterskip Fryslân, foto's: Tresoar)

1853

In de gemeente Hemelumer Oldephaert en Noordwolde wordt in 1853 een meer, de Flait, drooggemalen in opdracht van Jonkheer J.H.F.K. Gerlacius van Swinderen. Hij gebruikt hiervoor het eerste stoomgemaal in Friesland. Het gebied valt later onder Waterschap Ymedam (1923-1972). Het stoomgemaal wordt in 1925 afgebroken en vervangen door een elektrisch gemaal.


1858 het 4de en 5de Veendistrict

In de Polder van het 4de en 5de Veendistrict wordt al vroeg gebruik gemaakt van stoombemaling. Het stoomgemaal staat onder Tjalleberd en wordt weer afgeschaft in 1868.


1861 waterschap Veenpolder

Het waterschap Veenpolder van Echten bouwt een stoomgemaal aan het Tjeukemeer. Besloten wordt het gemaal eerst aan de droogmaking van het gebied te zetten. Als dat een feit is, zal het stoomgemaal later aangepast worden. Met het oog hierop wordt er alvast een tweede stoomketel aangeschaft. Met de bouw van het gemaal wordt in 1859 begonnen en in 1861 in gebruik genomen. Als adviseur bij de bouw is opgetreden civiel ingenieur jhr. W.J. Backer te Amsterdam. Het "stoomvijzelwerktuig" wordt geleverd door Harmens en Penning te Harlingen. In 1866 vervangt men de stoomketels, die slecht voldoen, door één nieuwe ketel. In 1877 wordt het stoomgemaal voorzien van een geheel nieuwe machine en een "dieptastende" vijzel. Het stoomgemaal dient samen met drie molens voor de bemaling van de "ondergronden". Omstreeks 1900 heeft het gemaal te "weinig vermogen". Omstreeks 1913-1915 wordt het oude gemaal ontmanteld en afgebroken.


1870 De Haskerveenpolder

In opdracht van De Haskerveenpolder wordt in 1870 een stoomgemaal gebouwd voor de droogmaking van 450 ha veenplassen onder Oudehaske. Het stoomgemaal wordt geplaatst midden in de droogmaking. In 1876 zijn de gronden droog.

600×418px


In 1908 wordt dit gemaal vervangen door een nieuw stoomgemaal. (Foto via: Jan Kluwer (achterkleinzoon van Albert Kornelis de Groot)


1876 het 6de en 7de Veendistrict

De Veenpolder van het 6de en 7de Veendistrict bouwt een stoomgemaal aan de buitenringvaart ter bemaling van de bestaande droogmakingen en de nog droog te leggen gebieden. De stoommachine drijft een vijzel aan. Omstreeks 1886 wordt het "Tripgemaal" vergroot en er wordt een stoommachine met centrifugaalpomp aan het stoomgemaal toegevoegd.


In 1905 wordt de oude stoommachine met vijzel vervangen door een centrifugaalpomp aangedreven door een zuiggasmachine. In 1921 wordt de overgebleven stoommachine met stoomketel vervangen door een Bronsmotor, de oude centrifugaalpomp wordt vervangen door een schroefpomp. In de periode 1953-1954 wordt nog een dieselmotor met schroefpomp geplaatst.


1878 particuliere droogmakerij van de "Makkumer-, Parregaster- en Workumermeren"

In de particuliere droogmakerij van de "Makkumer-, Parregaster- en Workumermeren", door de N.V. Friesche Landaanwinning-maatschappij, wordt in 1878 een stoomgemaal gebouwd. Als er in 1882 daarop een faillissement volgt, wordt het gemaal gekocht door mr. F. A. van Hall. In 1912 verkocht hij o.a. het stoomgemaal aan het waterschap. Volgens een taxatie van machinefabriek Hubert uit Sneek wordt de machine in 1920 er niet beter op. Wel is hij zeer goed onderhouden. Het betreft een compound stoommachine van zeer oud model met Meyerse expansie. De machine werkte bij 75 omw./min en 9 Atm. druk en leverde dan 80-85 I.P.K. Ook de stoomketel met twee vuurgangen (waarschijnlijk een Lancashire-ketel) is aan vervanging toe.

De stoommachine werd vervangen door een elektrische installatie met nieuwe pompen.


De machinist op de foto is de heer Schaap


1880 De Lemsterpolders

In 1880 wordt er een stoomgemaal gebouwd voor waterschap "De Lemsterpolders te Eesterga aan de Lemster Rijn (Lemster Rien). Er is sprake van een stoomvijzelwerktuig. In 1898 wordt er gesproken over de bouw van een stoomgemaal. De stoommachine drijft een vijzel aan. De installatie wordt geplaatst door de firma D.H. Landeweer te Martenshoek. In 1904 wordt een nieuwe stoomketel geplaatst. In 1970 wordt het stoomgemaal met erf en schuur te Eesterga verkocht aan K. van den Berg te Lemmer.


1881 Dijksmangemaal

Het tweede stoomgemaal van de Polder van het 4de en 5de Veendistrict is waarschijnlijk het Dijksmangemaal aan het stroomkanaal. Het gemaal is uitgerust met een centrifugaalpomp. In 1912 wordt er in het stoomgemaal een nieuwe centrifugaalpomp bijgeplaatst. In 1916 wordt een tweede centrifugaalpomp geplaatst ter vervanging van de oude. Het Dijksmangemaal wordt in 1950-1954 omgebouwd tot een dieselgemaal.


1892 De Arumerpolder

Het waterschap De Arumerpolder bouwt een stoomgemaal aan de Franekervaart bij Arum. In 1925 wordt overgegaan op aandrijving door middel van elektriciteit.


1893 Het waterschap De Arumer-, Achlumer- en Kimswerderpolders

Het waterschap De Arumer-, Achlumer- en Kimswerderpolders bouwt een stoomgemaal met machinistenwoning aan de Franekervaart. In 1931 wordt overgeschakeld op de aandrijving door een oliemotor. Deze doet dienst tot 1954, waarna wordt overgeschakeld op elektriciteit. De beide stoomgemalen aan de Franervaart staan tegenoverelkaar!


1893 De Veenhoop

Het waterschap Groote Veenpolder in Opsterland en Smallingerland laat een stoomgemaal De Veenhoop bouwen aan het Grietmansrak. Het gemaal werd in 1925 vervangen door het elektrisch gemaal "Zuidergemaal" aan het Polderhoofdkanaal. De stoommachine wordt in 1924 verkocht.


ca 1894 particuliere polder Oud-Beets

Omstreeks 1894 wordt er in de particuliere polder Oud-Beets een stoomgemaal met machinistenwoning gebouwd op de Walle bij de Huisjesvaart. In 1920 blijkt het aanhouden van een eigen stoomgemaal te kostbaar.


1895 De Trijegaasterveenpolder

Voor de bemaling van de veenpolder De Trijegaasterveenpolder wordt in 1895 een gemaal gesticht bij het zuidelijke einde van de weg Ouwsterhaule-Oldeouwer op de polderdijk aan het hoofdkanaal. Het gemaal wordt uitgerust met een vijzel, gedreven door een stoommachine. Dit gemaal is waarschijnlijk in gebruik tot 1926. In 1914 bestaan er plannen om een nieuw stoomgemaal te bouwen bij de schutsluis, maar van dit plan wordt in 1925 weer afgestapt.


1901 Ter Idzardt

Waterschap Veenpolder onder Ter Idzardt en Oldeholtwolde realiseert in 1901 een stoomgemaal ter verbetering van de afwatering. In 1941 wordt het gemaal geëlektrificeerd ter vergroting van het vermogen.


1905 waterschap De Zuidpolder

In 1905 wordt door het waterschap De Zuidpolder bij Franeker een stoomgemaal gebouwd aan de Tzummervaart. Het doel van de bouw is de bescherming van het gebied tegen het provinciale boezemwater. Het gemaal is uitgerust met een horizontaal draaiende centrifugaalpomp. De technische installatie van dit gemaal wordt beschreven in "De Ingenieur" In 1947 wordt overgeschakeld op elektrische aandrijving.


1908 de Haskerveenpolder

Dit stoomgemaal van de Haskerveenpolder vervangt het stoomgemaal van 1870. Waarschijnlijk is dit gemaal meer oostelijk aan de Welle geplaatst. (topografische kaart, 1929) Met de aanleg van het stoomgemaal te Stobbegat (1917) komt dit gemaal weer te vervallen.


1913 Waterschap de Veenpolder van Echten

Waterschap de Veenpolder van Echten bouwt een nieuw stoomgemaal aan het Tjeukemeer op de plaats van het oude stoomgemaal van 1861. De bemalingsinstallatie, waaronder de toentertijd grootste centrifugaalpomp van Friesland, wordt geleverd door de Gebr. Stork & Co. te Hengelo. In 1925 wordt het gemaal geëlektrificeerd.


1913 waterschap Ludinga

Aan de Achlumervaart wordt een stoomgemaal gebouwd in opdracht van het waterschap Ludinga. In 1940 nemen twee elektromotoren de taak van de stoommachine over.


1913 waterschap De Leppedijk

Voor het pas opgerichte waterschap De Leppedijk wordt een stoomgemaal gebouwd in het Nauwe Deel tussen Grou en Nes (bij Akkrum). Het gemaal is voorzien van een Stork-Stumpf gelijkstroommachine, de schroefpomp heeft een opbrengst van 100 m3 water per minuut bij 190 omwentelingen en een opvoerhoogte van 1,60 m. Vanwege de doorsnijding van het gebied door het Prinses Margrietkanaal wordt het gemaal omstreeks 1945 nutteloos. Aan weerszijden van het P.M.-kanaal worden dan elektrische gemalen gebouwd. Naar verluid is de schroefpomp bij de aanleg van de rijksweg A7 Leeuwarden-Heerenveen in de bodem weggezakt.


1915 waterschap Hommerts-Sneek

Ter hoogte van de straatweg te Jutrijp wordt voor het waterschap Hommerts-Sneek een stoomgemaal gebouwd. Dit stoomgemaal heeft ruim een dag nodig om voldoende druk op de ketels te hebben om te kunnen malen. Het gemaal bezit bovendien ook te weinig capaciteit, want in 1941 wordt er nog een elektrisch gemaal gebouwd aan de Kerksloot bij Hommerts. Het stoomgemaal wordt omstreeks 1960 vervangen door een elektrisch gemaal.


1917 stoomgemaal te Stobbegat

Het stoomgemaal te Stobbegat wordt gebouwd in verband met de vergroting van de Haskerveenpolder door toevoeging van de Haskerhornerpolder. Het stoomgemaal heeft de beschikking over twee centrifugaalpompen: één voor de polderboezem en één voor bemaling van de droogmakeijen in kavel II en VI. Het stoomgemaal aan de Welle (van 1908) vervalt. In 1957 komt er een nieuw gemaal te Stobbegat. Het oude stoomgemaal wordt verbouwd tot opslagplaats.


1918 De Boorne

In opdracht van waterschap Groote Veenpolder in Opsterland en Smallingerland komt een stoomgemaal De Boorne gereed, gebouwd op het punt waar de westelijke polderdijk het oude Koningsdiep afdamde, voor de bemaling van de kavels van droogmakerijen van de Zuidoost-, de Zuidwest- en de Westpolder.

600×387px


Het gemaal dient ook als helper en reserve van het gemaal "De Veenhoop". De stoommachine wordt in 1924 verkocht. In 1925 worden de beide stoomgemalen "De Veenhoop" en "De Boorne" vervangen door een elektrisch aangedreven gemaal "Zuidergemaal" aan de zuidelijke polderdijk bij het Polderhoofdkanaal.


1920 boezemgemaal bij Teakesyl (Tacozijl)

Bouw van een boezemgemaal bij Teakesyl (Tacozijl) te Lemmer door het Provinciaal Bestuur van Friesland. In 1947 krijgt het stoomgemaal de naam Ir D.F. Woudagemaal. In 1955 worden de zes Piedboeufketels vervangen door 4 Schotse ketels van Werkspoor. In 1967 schakelt het gemaal over op oliestook. Het gemaal is thans eigendom van Wetterskip Fryslân en staat sinds 1998 op Werelderfgoedlijst van de Unesco. In 2011 wordt er in de nabijheid een nieuw bezoekerscentrum gebouwd.


1922 de veenpolder De Deelen

Het is mogelijk dat het in 1922 voor de veenpolder De Deelen gebouwde gemaal bij Haskerdijken (Heabrêge) eerst een stoomgemaal is geweest. Op de topografische kaart van 1929 staat op deze locatie vermeld: "Stoomgemaal De Deelen".


1941

In het archief van waterschap Groote Veenpolder in Opsterland en Smallingerland zijn technische tekeningen opgenomen betreffende de ombouw van het Noordergemaal tot een stoomgemaal (vanwege de olieschaarste). het is onbekend of dit plan is uitgevoerd.

 ?? stoomgemaal bij Easterwierrum

Wij houden ons aanbevolen voor gegevens betreffende het stoomgemaal bij Easterwierrum (Oosterwierum) zoal: bouwjaar, periode waarin het stoomgemaal werkzaam was, ombouw of ontmanteling, enz. 480×311px


(de redactie houdt zich aanbevolen voor foto's van de diverse gemalen: mail s.v.p. naar wiki@woudagemaal.nl)