Harlingen

Uit Wouda's Wiki

400×320px

Harlingen is één van de Friese elf steden en heeft een zeehaven. Harlingen (Frysk: Harns) is een stad in de Nederlandse provincie Fryslân en de hoofdplaats van de gelijknamige gemeente. Harlingen is de op vier na grootste plaats van Fryslân en de haven van Harlingen is de belangrijkste haven van de provincie.

Harlingen en omgeving

Ontstaan en stadsrechten

761×600px De stad Harlingen in 1664

Omstreeks 1157 sticht Eilwardus Ludinga het klooster Ludingakerke in het dorp Almenum.
De monniken graven grachten om de handelsvaart beter mogelijk te maken.
Ludingakerk wordt hierdoor één van de rijkste kloosters in Fryslân.
De buurt ten westen van Almenum, Harlingen, wordt daardoor ook erg belangrijk en Harlingen komt als plaatsnaam voor het eerst voor in 1228.
Deze plaats krijgt in 1234 zelfs stadsrechten. Daarmee is Harlingen als stad ouder dan bijvoorbeeld Leeuwarden, Dokkum, Franeker of Amsterdam.
Noordwestelijk van Harlingen ligt in die tijd nog de stad Griend met poorten, grachten en zelfs een hogeschool. In 1287 wordt Griend als gevolg van de desastreuze Sint-Luciavloed grotendeels verzwolgen door de zee. Thans is Griend nog slechts een zandplaat in de Waddenzee.

De naam Harlingen is vermoedelijk afkomstig van de state Harlinga. In 1311 komt "Harlingen" al voor in Engelse havenregisters.
Omdat de stad van groot belang is voor de bereikbaarheid van Fryslân en Groningen, bouwen de Groningers aan de westzijde van de stad een kasteel ter verdediging van de stad en daarmee van de toegang naar het achterland.

In 1579 ondertekenen afgezanten van de stad de Unie van Utrecht en op 22 december 1634 ontvangt Harlingen zijn octrooi van de Staten van Friesland voor Groenlandsch- en Straat Daevids-visscherij (walvisvaart).

Twee eeuwen lang bestaat Harlingen, gelegen op een uithoek der kust, in de schaduw van de universiteitsstad Franeker.
Maar door de verbinding met de zee neemt de welvaart gestaag toe. Vroeger ligt de stad westelijker dan vandaag, maar de zee slaat regelmatig land weg.


In 1543 en 1565 breidt men uit in noordelijke richting, zodat de Noorderhaven de binnenhaven wordt, die hij nu nog is.
Op de middag van 17 mei 1568 worden tot verbazing van de Harlingers 1800 Waalse soldaten aan land gezet, die later in de slag bij Heiligerlee verslagen worden.

400×533px Beeld van Caspar de Robles, de stenen man


De Spaanse kolonel Caspar de Robles - door Alva daar als stadhouder aangesteld - gelast in 1574 verhoging van de dijken.

In 1579 volgt een uitbreiding naar het oosten, mede door de toevloed van Vlaamse doopsgezinden die de katholieke repressie in de Zuidelijke Nederlanden ontvluchten. Door deze uitbreiding die in drie maanden werd voltooid, lag de kerk van Almenum nu binnen de stadsvesten.

De handelsvaart naar de landen om Noord- en Oostzee neemt toe en in 1598 wordt de stad weer uitgebreid, nu in zuidelijke richting.


In 1596 wordt het eerste stenen woonhuis gebouwd, De vergulde Engel, aan de Lanen 28. Het gebouw is ieder jaar op Monumentendag te bezichtigen.

In 1644 komt de Friese Admiraliteit van Dokkum naar Harlingen. De Zuiderhaven krijgt het karakter van marinehaven. De vermaarde Tjerk Hiddes de Vries wordt er later luitenant-admiraal.

600×395px 's Lands magazijn te Harlingen

De krijgsvaart blijft echter van minder belang dan de handelsvaart. Talrijke schippers onderhouden beurtvaarten naar de Waddeneilanden, handelsvaart naar alle hoeken van de provincie en naar de Zuiderzeehavens, waarvan Amsterdam de belangrijkste is.

De stad kent veel nijverheid. Er bevinden zich scheepswerven, bierbrouwerijen, zeep- en zoutziederijen, steen- en pottenbakkerijen, kalkovens, graan- en zaagmolens.

Maar zoals dat al eerder het geval is geweest met de Hanzesteden aan de toenmalige Zuiderzee, wordt Harlingen in de volgende eeuwen voorbijgestreefd door Amsterdam en Rotterdam. Toch blijft Harlingen als kustvaart- en vissershaven met veel voorzieningen en het nieuw gegraven Van Harinxmakanaal van groot economisch belang voor Fryslân.

In de 17e eeuw neemt de positie van Harlingen langzaam maar zeker af, deze sluimerende positie zal tot aan het begin van de 20e eeuw duren. Door een gemeentelijke herindeling wordt het mogelijk om belangrijke uitbreidingen te realiseren. Het gaat om de aanleg van bedrijventerreinen en woonwijken alsmede om het uitbreiden van de havens.

400×300px

De vaarverbinding met Leeuwarden gaat via het Van Harinxmakanaal, via Franeker en Dronrijp, het kanaal wordt in 1951 in gebruik genomen. Het Van Harinxmakanaal behoort tot één van de grotere boezemwateren van het Wetterskip Fryslân. Aan het begin/ einde van het Van Harinxmakanaal is het sluizencomplex (Tjerk Hiddessluizen) aangelegd om vanuit het kanaal en de boezem op de Waddenzee te komen. Er is geen rechtstreekse verbinding met de grote meren van Friesland.

Vanouds lopen er verschillende dwarsverbindingen door middel van vaarten het achterland in: de Achlumervaart, de Harlinger vaart en de Sexbierumervaart. Door middel van dit fijn vertakte stelsel van vaarten met daarachter weer de poldersloten heeft het Van Harinxmaknaal een belangrijke functie om een belangrijk deel van de provincie droog te houden door water naar de sluizen van Harlingen af te voeren of bij droogte van voldoende water te kunnen voorzien.

Niet alleen voor de waterhuishouding is dit stelsel van groot belang, het is tevens de reden waarom de Groningers al in de 15e eeuw het kasteel hebben gebouwd. Harlingen moest gevrijwaard blijven van vijandelijke invallen om handel te kunnen blijven drijven op de omringende landen.

Omdat er bij Harlingen sluizen zijn, kan er gespuid worden als het eb is en het water op de Waddenzee lager staat dan in de boezem van het Van Harinxmaknaal.
De sluizen bij Harlingen zijn samen met de sluizen van Dokkumer Nieuwe Zijlen belangrijke uitlaatpunten voor overtollig water uit de boezem.

Bij de Harlinger haven begint ook de veerdienst met de Waddeneilanden Terschelling en Vlieland.
Eén keer per jaar wordt de traditionele sloepenrace gevaren tussen Harlingen en Terschelling.

400×298px Terminal van de Harlinger veerdienst naar Terschelling en Vlieland

Door de aanwezigheid van de haven is Harlingen vooral een oude handelsstad. Na de aanleg van de spoorlijn Leeuwarden - Harlingen Haven werd de export van zuivelproducten en vee naar met name Engeland steeds belangrijker. De allure van een welvarende stad is nog terug te zien aan de bebouwing in de binnenstad langs de havens of aan de Voorstraat en de (gedempte) grachten. Verder waren er een aantal diensten in Harlingen gevestigd die passen bij de haven.

400×300px

Harlingen was destijds ook de aan- en doorvoerhaven voor het vervoeren van onderdelen voor het stoomgemaal te Teakesyl.
Bij de bouw van het ir. D.F. Woudagemaal noteert de opzichter in zijn dagboek met enige regelmaat dat er bouwmaterialen voor het gemaal zijn aangekomen in Harlingen.

Inwoners

Veel Harlingers voelen minder binding met Fryslân, wat zich vertaalt in het feit dat slechts weinig Harlingers de Friese taal spreken en het weinig wordt onderwezen op Harlinger scholen.
Als verklaring wordt gegeven dat Harlingen lange tijd afhankelijk was van de handel, en zich daarom meer op Holland oriënteerde. Vroeger hadden veel Harlingers ook het gevoel dat de provincie weinig voor hen deed, Franeker kreeg een universiteit en Leeuwarden genoot als hoofdstad veel privileges.
Het feit dat gemeentelijke herindelingen in Fryslân weinig voor Harlingen als gemeente opleverde, heeft ook enigszins kwaad bloed gezet. Ook al omdat Harlingen ooit, vergeleken met de rest van Friesland, een grote handelsstad was.

De bijnaam van Harlingers is Tobbedansers. Ze danken deze naam aan het maken van Harlinger bont. Deze kledingstof werd gemaakt van wol. Om de wol schoon te maken werd het in grote tobbes met water al trappelend en blootsvoets gereinigd. Vandaar de naam "Tobbedansers".

400×287px

Taal en dialect

Het Frysk wordt wettelijk op de Harlinger scholen onderwezen, maar het wordt weinig gesproken. De Harlingers spreken een vorm van het stedfrysk: het Harlingers, maar over het algemeen wordt de Nederlandse taal ook veel gebruikt. In de gemeentelijke dorpjes Midlum en Wijnaldum en de buurtschap Foarryp wordt het Frysk wel veel gesproken. De vaarten en kanalen rond Harlingen hebben ook Nederlandse namen en geen Friese. Harlingen is daarmee de enige gemeente in het Friese taalgebied die niet de oorspronkelijk Friese namen gebruikt. Binnen de Vereniging Oud-Harlingen ressorteert de taalgroep "Se Suuden en Se Wuuden" met als doel het vastleggen van de Harlinger "stedsk"-taal in woord en geschrift.

"As jou an un Harlinger frage: waar komst weg? Dan seit er: Ut Harlingen,
"Ast dan fraagst, leit dat in Friesland? Dan seit er: Nee, dat leit in Harlingen!"


Infrastructuur

Ongeveer 8 kilometer ten zuiden van Harlingen begint de Afsluitdijk die sinds 1932 een directe route over land vormt tussen Fryslân en Noord-Holland.

Vanuit de haven van Harlingen worden diverse vrachtroutes onderhouden, zoals naar Scandinavië. De meeste coasters die naar Harlingen komen, komen om zout te laden bij de zoutfabriek. Naast de Harlinger schepen ligt in de Vissershaven ook een grote Urker vloot.

De huidige havens zijn: Noorderhaven, Zuiderhaven, de Oude Buitenhaven, het Dok (v/h Willemshaven), de Nieuwe Willemshaven, de Vluchthaven, de Industriehaven, de Nieuwe Industriehaven, de Nieuwe Vissershaven en Haven Oostpoort.

Veerterminal van Rederij Doeksen

Veerdiensten vanuit Harlingen naar Vlieland en Terschelling worden uitgevoerd door Rederij Doeksen, EVT en Rederij Wadden Transport.

Naast de buslijnen zijn er ook een treinverbindingen naar Franeker, Dronrijp, Deinum en Leeuwarden. Er zijn twee treinstations in Harlingen: Station Harlingen Haven en Station Harlingen.

Bezienswaardigheden

400×300px voormalig kantongerecht (Havenmantsje)

Een deel van de verdedigingswerken is nog steeds te zien in het centrum van de stad. Ook de oorspronkelijke grachtengordels zijn nog grotendeels terug te vinden, net als de pakhuizen en de in Hollandse stijl gebouwde huizen.
De pakhuizen worden niet meer gebruikt voor het doel waarvoor ze gebouwd zijn. In de stad bevinden zich nog vele steegjes die de verbinding vormen tussen de grachten. Op de smalle straatgedeeltes vond vroeger de handel plaats in de vele goederen die over water werden aangevoerd. In enkele steegjes is die straatfunctie nog herkenbaar.

Een deel van Harlingen is een beschermd stadsgezicht met uitbreiding, een van de beschermde stads- en dorpsgezichten in Fryslân. Verder zijn er in het stadje honderden rijksmonumenten.

400×300px

Toerisme

Het toerisme neemt elk jaar nog steeds toe: niet alleen Nederlanders bezoeken de stad veel, maar ook vele Duitsers, enkele Belgen en een klein maar toenemend aantal Engelsen komen op de stad af.

Harlingen en het ir. D.F. Woudagemaal

Harlingen functioneert als één van de twee plaatsen, waar het Wetterskip Fryslân onder normale omstandigheden bij eb zijn boezemwater kan afstromen op de Waddenzee. Soms lukt dat echter niet, meestal door verhoging van het zeewater bij stormvloed. Zo kon er bij voorbeeld eind december 2011 en begin januari 2012 niet gespuid worden bij Harlingen, vanwege een aanhoudende noordwesten wind. Omdat er ook veel neerslag viel werd besloten om het water via het Hooglandgemaal bij Stavoren af te voeren naar het IJsselmeer. Op 6 januari 2012 werd ook het ir. D.F. Woudagemaal opgestart om bij te springen in het prodcutieproces en het afvoeren van het overtollige water te bespoedigen. Het Woudagemaal heeft toen ruim een week vol continue gedraaid. Het grootste probleem was voorbij op het moment, dat er bij de sluis van Lauwersoog weer, zij het in het begin spaarzaam, gespuid kon worden. Pas toen de noordwesten wind gedraaid was en ook de sluis bij Harlingen weer geopend kon worden, kwam er een eind aan de overlast.

(afbeeldingen: Wikipedia)