Machinist
De machinist heeft als taak erop toe te zien dat de stoomwerktuigen op de juiste manier en met grote regelmaat hun arbeid kunnen leveren. Hij heeft daarbij de supervisie over de gehele stoominstallatie: de stoomketel, de stoommachines en alle bijbehorende hulpapparatuur.
Hij moet daarbij voortdurend waken voor gevaren die zich tijdens het werken met de machines en toestellen kunnen voordoen.
De vakopleiding tot machinist vraagt kennis van de opbouw en werking van stoommachines en alles wat daarbij tot een complete stoominstallatie behoort.
Zowel de machinist als de eigenaar van de stoomtoestellen moeten op de hoogte zijn van de eisen die aan het uitoefenen van een dergelijke functie worden gesteld.
De werkzaamheden van de machinist worden bepaald door de omvang en het doel van de stoominstallatie.
Zo kan er een onderscheid worden gemaakt (afdalend naar zwaarte van het beroep): een machinist kan zijn werk uitoefenen bij de spoorwegen (spoorwegmachinist), op de grote vaart (scheepsmachinist) of bij stoombedrijven op het vaste land (landmachinist). Tot de stoombedrijven op het vaste land behoren ook de stoomgemalen.
In principe behoren tot de werkzaamheden van de machinist het stoken van de ketel, het verzorgen van de stoommachine, maar ook het overbrengen van het bewegende arbeidsvermogen op het productiesysteem. Een bundeling van werkzaamheden is mogelijk tot een installatie die ongeveer 20 P.K. levert.
Bij de uitgebreide stoominstallaties van fabrieken of de grote gemalen kan één enkel persoon dit werk niet allemaal tegelijk uitvoeren. Daarom krijgt hij extra personeel toegewezen, die eenvoudiger werkzaamheden kunnen overnemen: het schoonhouden, poetsen, smeren, aanvoer van brandstof (steenkolen). Ook de afvoer van as en sintels kan door helpers worden verricht.
Het stoken van de ketels gebeurt dan door de stokers, een werkzaamheid die veel vakbekwaamheid vraagt. De stoker moet een goed oog voor de veiligheid hebben en hij moet vooral zuinig kunnen stoken.
Het is van belang dat de machinist de geheimen van het stokersvak ook zelf beheerst en zijn kennis en vaardigheden op de stokers kan overbrengen.
Naast de vakkennis wordt van een machinist ook andere eigenschappen gevraagd: verantwoordelijkheidsgevoel, eerlijkheid, en plichtsbesef. Een machinist moet sociaal gezien goed kunnen omgaan met zijn personeel met een juist begrip van de verhoudingen in zijn organisatie.
Het is een voordeel als de machinist gebruik kan maken van veel ervaring en een gedegen algemene ontwikkeling.
De gezondheid en lichaamskracht van een machinist worden vaak op de proef gesteld. De werkzaamheden omvatten zware lichamelijke inspanningen bij het stoken van de ketel, regelen van het vuur, het aanzetten en stoppen van de machines.
<De arbeidstijd van een machinist duurt meestal een paar uur langer dan de normale werkdag i.v.m. het voorbereiden en verzorgen van de machines. Hiertoe behoren ook handelingen als het schoonmaken van de roookkanalen en de ketels. Bij grote revisies en reparaties moet er vaak dag en nacht worden doorgewerkt: de installatie moet zo snel mogelijk weer in bedrijf gesteld worden.
Naast de administratie van de werkzaamheden en de verbruikte brandstoffen moet een machinist snel nauwkeurig kunnen rekenen: het maken van snelle berekeningen uit het hoofd heeft hij nodig om de controle over de apparatuur te behouden.
Hij moet berekeningen kunnen maken van de waarden van de brandstof, smeermiddelen, beschikbare druk, omwentelingen, dynamische krachten,gewichten aan stoom, temperaturen, etc.
Een machinist moet een uitgebreide stage hebben doorlopen tijdens zijn opleiding. De machinist moet veel technische werkzaamheden zelfstandig kunnen uitvoeren, zoals het opbouwen en opstellen van de installaties en de machines, het vervangen en vernieuwen van stoomleidingen, stoomafsluiters, pijpdeksels en mangaten, pakkingen, zuigerveren, versleten lagers, pompen, etc. Een lange leerschool met veel ambachtelijke kennis als smeden, lassen, instrument maken, opschuren van stoomkleppen, e.d. is een voordeel. Hij moet bovenal bedreven zijn in het afstellen van de stoommachines.
Het is raadzaam een machinist van het begin af aan bij de bouw en levering van de stoommachines te betrekken. Hij kan de machines op deze wijze van binnen en buiten leren kennen, en leert zo de machine nauwkeurig in te regelen en af te stellen. Vaak loopt de machinist tijdens de bouw al "stage" in de machinefabriek, verder is hij nauw betrokken bij de levering. Meestal geeft de fabriek bij de levering en de opbouw van de machine in het bedrijf tijdelijk een technicus-machinist mee om het proefdraaien te begeleiden. In deze tijd leert de eigen machinist hoe hij de stoommachine het beste kan bedienen en onderhouden.
Algemeen menselijke eigenschappen spelen bij de uitoefening van het vak van machinist natuurlijk eveneens een grote rol: bijvoorbeeld orde en regelmaat, nauwgezette opmerkzaamheid, netheid en reinheid in ketelhuis en machinekamer, koelbloedigheid en vastberadenheid, eerlijkheid en goede trouw.
De eigenaar van de stoominstallatie doet er goed aan om samen met de machinist een premiestelsel voor het betrokken personeel te regelen: wanneer de installatie soepel en met regelmaat werkt, terwijl er een minimum aan brandstof wordt gebruikt, kunnen er premies worden uitbetaald.
Daartoe moet de machinist altijd goed zicht hebben op de kengetallen: uit zijn administratie moeten op betrouwbare en duidelijke wijze de gegevens aangeleverd kunnen worden, op grond waarvan de premieberekeningen kunnen worden gemaakt.
De eigenaar en de machinist tekenen onderling in de meeste gevallen een arbeidscontract met schema's van werkzaamheden en bijbehorende werkuren.