Keuze locatie en Machinist: verschil tussen pagina's

Uit Wouda's Wiki
(Verschil tussen pagina's)
imported>Cierick Goos
k (Categorie toegevoegd)
 
imported>Jan Pieter Rottine
Geen bewerkingssamenvatting
 
Regel 1: Regel 1:
De '''locatie voor het bouwen van het grote boezemgemaal wordt zorgvuldig gekozen'''. Aanvankelijk heeft men het gemaal gepland in de buurt van '''het buurtschap Tacozijl'''. Dit is een historisch locatie aan de zuidzijde van de zeedijk die rondom de Friesland ligt. '''Bij <strong>[[Teakesyl|Tacozijl]]</strong> bevindt zich reeds in de Middeleeuwen een zeesluis''', waardoor de vissersschepen en zeeschepen met hun lading Friesland kunnen binnentrekken. In de latere eeuwen neemt het belang van deze sluis af, op andere plaatsen in de ringvormige zeedijk worden de sluizen uitgebreid en vergroot: Stavoren, Workum, Hindeloopen, Makkum en Harlingen.
De machinist heeft als taak erop toe te zien dat de stoomwerktuigen op de juiste manier en met grote regelmaat hun arbeid kunnen leveren. Hij heeft daarbij de supervisie over de gehele stoominstallatie: de [[stoomketel]], de [[stoommachines]] en alle bijbehorende [[hulpapparatuur]].
<br>Hij moet daarbij voortdurend waken voor [[gevaren]] die zich tijdens het werken met de machines en toestellen kunnen voordoen.
<br>De [[vakopleiding tot machinist]] vraagt kennis van de opbouw en werking van stoommachines en alles wat daarbij tot een complete stoominstallatie behoort.
<br>Zowel de machinist als de eigenaar van de '''[[stoomtoestellen]]''' moeten op de hoogte zijn van de eisen die aan het uitoefenen van een dergelijke functie worden gesteld.


De zeedijk moet Friesland beschermen tegen het water van de Zuiderzee. Tijdens de najaars- en winterstormen kan er, afhankelijk van de windrichtingen een behoorlijke opstuwing plaatsvinden in de Zuiderzee. In de loop van de geschiedenis zijn er '''tijdens de vele [[stormvloeden]] regelmatig op vele locaties [[dijkdoorbraken]] ontstaan'''.
De '''werkzaamheden van de machinist''' worden bepaald door de omvang en het doel van de '''[[stoominstallatie]]'''.
 
<br>Vaak wordt er onderscheid gemaakt: een machinist kan zijn werk uitoefenen bij de spoorwegen ('''[[spoorwegmachinist]]'''), op de grote vaart '''([[scheepsmachinist]])''' of bij stoombedrijven op het vaste land '''([[landmachinist]])'''. Tot de stoombedrijven op het vaste land  behoren ook de stoomgemalen.
Eén van deze dijkdoorbraken heeft plaatsgevonden op een punt, even westelijk van De Lemmer. Door de schurende werking van het binnenstromende water ontstaat er een grote en diepe waterkolk, waaromheen later aan de zeezijde weer een nieuw stuk zeedijk werd aangelegd. Een dergelijke kolk wordt ook wel een wiel genoemd en is een algemeen bekend verschijnsel in Nederland dat optreedt na een dijkdoorbraak.
<br>In principe behoren tot de werkzaamheden van de machinist het stoken van de ketel, het verzorgen van de stoommachine, maar ook het overbrengen van het bewegende arbeidsvermogen op het productiesysteem.
'''De kolk bij Lemmer kreeg uiteindelijk de naam Teroelster Kolk'''.
<br>Bij de uitgebreide stoominstallaties van fabrieken of de grote gemalen kan één enkel persoon dit werk niet allemaal tegelijk uitvoeren. Daarom krijgt hij extra personeel toegewezen, die eenvoudiger werkzaamheden kunnen overnemen: het schoonhouden, poetsen, smeren, aanvoer van brandstof (steenkolen). Ook de afvoer van as en sintels kan door helpers worden verricht.
 
<br>Het stoken van de ketels gebeurt dan door de stokers, een werkzaamheid die veel vakbekwaamheid vraagt. De '''[[stoker]]''' moet een goed oog voor de veiligheid hebben en hij moet vooral [[zuinig kunnen stoken]].
[[Bestand:IMG_1972_ef_s_k.jpg‎|600x400px|link=]]
 
Bij de beoordeling van geschikte locaties voor de bouw en inrichting van een groot stoomgemaal komt <strong>[[ir. D.F. Wouda]]</strong> tot de conclusie dat '''de Teroelster Kolk de meest geschikte plaats is'''. Deze diepe kolk heeft alleen nog maar een goede verbinding nodig met de Friese boezem nodig en de Grote Brekken, het meest zuidelijke meer van die boezem, ligt dicht in de buurt van de kolk.
<br>Daarmee is de locatie definitief bepaald en wordt '''het Woudagemaal uiteindelijk dichter bij Lemmer dan bij Tacozijl''' gebouwd. Toch wordt het gemaal vanaf 1920 aanvankelijk steeds <strong>"It Stoomgemaal"</strong>, <strong>"Teakesyl"</strong> of <strong>"Stoomgemaal Teakesyl"</strong> genoemd. Pas in 1947 krijgt het gemaal de naam <strong>"ir. D.F. Woudagemaal"</strong>.
 
De Teroelster Kolk biedt '''ook nog andere mogelijkheden'''. Naast de uitslag van water uit de Friese boezem bij hoge waterstanden, komt het ook voor, dat er water moet worden "ingelaten". Aan de kolk staat ook een inlaatsluis, waar men '''in geval van grote droogte <strong>[[water inlaten|water kan inlaten]]</strong>'''.
 
<br>
[[Category:Locatie gemaal]]

Versie van 29 nov 2011 12:46

De machinist heeft als taak erop toe te zien dat de stoomwerktuigen op de juiste manier en met grote regelmaat hun arbeid kunnen leveren. Hij heeft daarbij de supervisie over de gehele stoominstallatie: de stoomketel, de stoommachines en alle bijbehorende hulpapparatuur.
Hij moet daarbij voortdurend waken voor gevaren die zich tijdens het werken met de machines en toestellen kunnen voordoen.
De vakopleiding tot machinist vraagt kennis van de opbouw en werking van stoommachines en alles wat daarbij tot een complete stoominstallatie behoort.
Zowel de machinist als de eigenaar van de stoomtoestellen moeten op de hoogte zijn van de eisen die aan het uitoefenen van een dergelijke functie worden gesteld.

De werkzaamheden van de machinist worden bepaald door de omvang en het doel van de stoominstallatie.
Vaak wordt er onderscheid gemaakt: een machinist kan zijn werk uitoefenen bij de spoorwegen (spoorwegmachinist), op de grote vaart (scheepsmachinist) of bij stoombedrijven op het vaste land (landmachinist). Tot de stoombedrijven op het vaste land behoren ook de stoomgemalen.
In principe behoren tot de werkzaamheden van de machinist het stoken van de ketel, het verzorgen van de stoommachine, maar ook het overbrengen van het bewegende arbeidsvermogen op het productiesysteem.
Bij de uitgebreide stoominstallaties van fabrieken of de grote gemalen kan één enkel persoon dit werk niet allemaal tegelijk uitvoeren. Daarom krijgt hij extra personeel toegewezen, die eenvoudiger werkzaamheden kunnen overnemen: het schoonhouden, poetsen, smeren, aanvoer van brandstof (steenkolen). Ook de afvoer van as en sintels kan door helpers worden verricht.
Het stoken van de ketels gebeurt dan door de stokers, een werkzaamheid die veel vakbekwaamheid vraagt. De stoker moet een goed oog voor de veiligheid hebben en hij moet vooral zuinig kunnen stoken.